Skip to main content

Dying Light: The Following review - Do Not Go Gentle Into That Good Night

Do Not Go Gentle Into That Good Night

Dying Light: The Following bewijst wederom dat solide gameplay kan opwegen tegen een zwak verhaal en teleurstellend quest-design.

In Dying Light: The Following laat ontwikkelaar Techland letterlijk en figuurlijk de originele game achter zich. De hoogbouw van de fictieve stad Harran in het Midden-Oosten prijkt ditmaal slechts aan de horizon en is door een rustiekere omgeving vervangen. Denk aan verlaten boerderijen, uitgestrekte velden en het rustgevende geluid van een duinbuggy die zich door een horde zombies heen worstelt.

De hoofdgame biedt uren aan vermaak, verborgen onder een ruwe laag gebreken. De voldoening die te halen viel in coöperatief een horde zombies van hun ledematen te verlossen, stond recht tegenover een beroerd verhaal en storende technische mankementen. In de uitbreiding is op dat vlak weinig veranderd. De game balanceert nog steeds frustratie met eindeloos plezier. Dat laatste is nochtans vaak niet aan Techland zelf te danken.

Bekijk op YouTube

Zo is het verhaal opnieuw niet om over naar huis te schrijven. De game kan namelijk het gemiddelde niveau van een B-film slechts met veel moeite evenaren. Protagonist Kyle Crane ruilt het stadsleven voor een excursie naar het platteland in, op het spoor van een sekte die zonder gevaar tussen de geïnfecteerden kan wandelen. Die zogeheten Faceless geven in eerste instantie een interessante hint van mysterie, maar de studio laat vrijwel elke kans liggen om het verhaal daadwerkelijk een bijzondere richting op te sturen.

Zo blijkt de sekte slechts een oppervlakkig decor om diverse quests aan op te hangen. De Faceless zijn aanwezig om het verhaal op gang te houden, maar voor een gemaskerde cult is er vrij weinig mysterie in je interacties met hen te bemerken. Gezien de onverwachte twist in de laatste paar minuten van de game wordt het helemaal evident dat er meer uit te halen viel. Dat de studio van schrijver is veranderd om de kwaliteit van het verhaal te verbeteren en in interviews in de aanloop naar de release naar invloeden van iconische tv-series als X-Files en Twin Peaks verwees, draagt eveneens bij tot de teleurstellende smaak die het verhaal nalaat. Het is weliswaar een verbetering ten opzichte van de hoofdgame, maar het is nog verre van perfect.

In de trailers had Techland het over een nieuw hoofdstuk in het leven van protagonist Kyle Crane, maar er is uiteindelijk geen seconde aan zijn karakterontwikkeling besteed. Het stuk karton met een kloppend hart heeft in de tussentijd namelijk nog steeds geen persoonlijkheid gekregen. Ook de figuren rond hem blijven levensloos. Van de reünie met de onuitstaanbare broers Tolga en Fatin tot clichématige verhaallijnen als de boze tienerdochter die van huis loopt, de NPC's in Dying Light weten op geen enkel moment te overtuigen.

Het quest-design maakt eveneens weinig indruk. Quests missen niet alleen urgentie door de eerder genoemde problemen met de overtuigingskracht van de NPC's, maar draaien bovendien vrijwel altijd op hetzelfde uit: ga naar een locatie, versla x-aantal vijanden, draai een knop om of vind een object en keer terug. De beloofde non-lineariteit in hoe je het verhaal speelt blijkt ook vrijwel afwezig. Je hebt de vrije keuze over welke side-quests je speelt om nieuwe verhaalmissies te ontgrendelen, maar daar blijft het verder bij.

Van een aanzienlijke verbetering op Dying Lights oorspronkelijke gebreken is er dus geen sprake. De uitbreiding overtuigt echter volkomen op alle andere fronten. In Techlands absurde zandbak valt vooral veel lol te beleven, waardoor vrijwel alle tekortkomingen als sneeuw voor de zon verdwijnen. En waar je weer volop de toerist kunt uithangen. Verlaten wegstations, beboste gebieden en idyllische watervallen: de desolate sfeer staat recht tegenover het volgebouwde Harran, maar is met evenveel aandacht voor detail overgebracht.

De studio heeft daarbij een gewaagde keuze gemaakt om de focus van alle geliefde parcour-elementen naar voertuigen te verleggen. Dat pakt echter meer dan positief uit. Zo wordt dankzij de toevoeging van de duinbuggy het geheel niet alleen diverser, maar krijgt het zelfs de uitstraling van een nieuwe game. Het zenuwachtig klauteren over gebouwen en rennen door smalle gangen, wordt vervangen door maniakaal rondscheuren over plattelandswegen en graanvelden. En als het even kan het liefst door elke omheining die de omgeving rijk is.

Je hebt de mogelijkheid om je voertuig langzaam om te bouwen tot een dodelijk voertuig door een nieuw toegevoegde skill tree. Langzaam is hier echter het sleutelwoord: net als in het origineel is het een lan proces om volledig van alle vaardigheden gebruik te maken. Heb je alle side- en main-quests uitgespeeld, dan is er nog een lange weg te gaan om de vlammenwerper of de elektrische kooi te ontgrendelen. De hoeveelheid content is niet gering, maar volstaat echter niet om de trage voortgang in het ontgrendelen van nieuwe vaardigheden te verantwoorden.

Dat door de verschuiving van hoogbouw naar de vlakke grond het parcour-element slechts een bijrol speelt, valt niet te ontkennen. Het landschap van de nieuwe locatie staat in dienst van het nieuwe transportmiddel en dat toont zich. Je wordt zelden door wegblokkades beperkt als je ongestoord langs graanvelden en verlaten tankstations rijdt. Bijgevolg bieden slechts enkele kleine dorpjes de mogelijkheid om extreem te apenkooien. Maar er valt meer dan genoeg voldoening uit het losgeslagen autogeweld te halen.

In dat aspect overtuigt de game namelijk met verve. Het maakt niet alleen korte metten met het gebrek aan fast-travel, het zorgt ook voor een nieuwe impuls in coöperatief spel. De ware kracht van Dying Light komt naar boven als je een andere speler in de mix gooit en de toevoeging van voertuigen versterkt dat. Rij elkaar van de weg of laat je als passagier vervoeren terwijl de absurdistische situaties zich om je heen ontplooien. The Following levert zodoende zelfs vermaak voor de passieve toeschouwer.

Techland bewijst met Dying Light: The Following wederom dat talloze imperfecties door ijzersterke gameplay uitgebalanceerd kunnen worden. Het verhaal is beroerd, de acteerprestaties zijn dramatisch en er zijn veel technische mankementen aanwezig. Desondanks gaat het er uiteindelijk niet zozeer om wat de studio in de game presenteert, maar eerder wat je er zelf uit kunt halen. En dat is urenlang spontane hilariteit in een meer dan indrukwekkende omgeving.

Dying Light: The Following is nu verkrijgbaar voor PlayStation 4, Xbox One en de pc.

Lees ook dit