Retrofiel - Grand Theft Auto 4 is zowel de beste als de slechtste GTA
Met Yvo Bellic en Cousin Carl.
Vroeger, toen alles beter was... Toen Lindsay Lohan nog geld verdiende met acteren in plaats van geld uitgeeft aan hopeloze rechtszaken tegen Rockstar. In Retrofiel gaat een van de redacteurs van Eurogamer Benelux terug naar de goede oude tijd. Met het oog op het tienjarig jubileum van Grand Theft Auto 4 wil Carl zijn favoriete GTA-game in het zonnetje zetten, maar werpt Yvo een schaduw over zijn oordeel.
Carl:
Sterren komen, sterren gaan, alleen Rockstar blijft bestaan. Met Grand Theft Auto 4 leverde de studio wat mij betreft hun absolute meesterwerk af. Deel drie veranderde games voor eeuwig en altijd, Vice City wist de beste sfeerschepping in een game ooit neer te zetten, en San Andreas bracht een van de interessantste gamewerelden ooit. Maar voor mij is het simpel: Grand Theft Auto 4 zet de stijgende lijn voort door alle gebreken van de reeks van tafel te vegen en simpelweg de beste game af te leveren.
Yvo:
Grand Theft Auto 4 de beste game in de serie? Ik dacht het niet. Sterker nog, voor mij is dit duidelijk de minste van al. Elke GTA is namelijk de overtreffende trap van zijn voorganger, maar Grand Theft Auto 4 verstoort dat feestje en doet juist een stapje terug. Het is zelfs de eerste (en tevens enige) GTA waarbij ik voortijdig ben afgehaakt.
Carl:
Wat zonde, want de charme van IV zit hem net in de enormiteit van het verhaal. Het is haast een moderne 'epic', alsof de Ilias en de Odyssee een gangsterjasje aantrekken en Homeros in New York had geleefd. Van je 'fresh off the boat'-dialoog met je overenthousiaste neef Roman, tot je eerste contact met de Russische maffia, de mislukte drugsdeal die het einde betekent voor Elizabeta en het begin van je gespannen relatie met Playboy X, de fantastische subplot met de diamanten, de onvergetelijke bankoverval met de McReary's, en je banden met de Italiaanse maffia... Je doorloopt zowat het hele criminele milieu in de stad, en groeit uit van een nobody tot een gegeerde gun for hire.
Yvo:
Niko Bellic: daar noem je dan ook iemand. Zelden heb ik zo weinig affiniteit met een hoofdpersonage gehad als met hem. Zelfs een beschimmelde knolselderij heeft meer charisma dan deze onsympathieke gelukzoeker. Maar het kleurloze karakter van Niko valt in het niet bij die van zijn onnozele neef, misschien wel de meest irritante sidekick die ik ooit in een game tegengekomen ben. Voor de voortdurend stalkende en liegende Roman Bellic ben je namelijk al vanaf de eerste seconde allergisch. Nog steeds breekt het zweet me uit wanneer ik op een willekeurige plek een telefoon hoor afgaan. Bedankt, Roman.
Carl:
Roman werkt zeker op de zenuwen, maar hij heeft ook enkele zeer memorabele dialogen ("They call me... The Janitor!") en bovendien zijn de andere personages die je tijdens je tocht ontmoet stuk voor stuk briljant. Hoe kun je ooit de opgefokte bodybuilder met een klein hartje Brucie vergeten? Of hilarische rastaman Little Jacob? Deel vier blinkt niet enkel uit in messcherpe dialogen die je doen bulderlachen, maar Rockstar slaagt er ook eindelijk in om een zinvol verhaal te vertellen. Niko is vlot en grappig maar koestert tegelijk een diepe wrok, en de hele game werkt toe naar zowel 'closure' als een escalatie - het afsluiten van zijn verleden in Servië, en het opbouwen van zijn nieuw leven in de VS.
Yvo:
Dat leven bouwt hij dan wel op in het zeer eentonige Liberty City. Toegegeven: met zijn iconische wolkenkrabbers, gele taxi's en centraal gelegen park ademt de stad een en al New York uit. Maar in tegenstelling tot de Big Apple kom je in Liberty City na enkele uurtjes tot een pijnlijke conclusie: been there, done that. Toegang tot een nieuw gebied vormt in GTA altijd een mijlpaal, maar behalve Algonquin weten het druilerige Broker, Dukes en Bohan weinig te verrassen. Liberty City blijkt helaas een saaie betonnen jungle - wat dat betreft een perfecte reflectie van Niko's grauwe persoonlijkheid.
Carl:
Die kritiek gaat voor mij niet op. Ik vind Liberty City een van de best en mooist gedetailleerde virtuele steden ooit. Geregeld verliet ik mijn auto om gewoon naar de volgende missie te stappen, en ondertussen te genieten van het leven dat overal rond je heen bruist en verder dendert. Een thirtysomething die aan een koffie slurpt terwijl ze aan de telefoon over haar werk klaagt. Twee auto's die aan een stoplicht op elkaar inrijden, waarna de bestuurders uitstappen en elkaar beledigingen toeroepen. Wat de reeks van San Andreas naar Liberty City verloor aan oppervlakte, won het aan diepgang en detail.
Yvo:
Helaas is die diepgang ver te zoeken als het op customization aankomt. In Grand Theft Auto: San Andreas pimpte je een oude roestbak tot een patserige chickmagneet, om er als de met tatoeages bedekte kleerkast CJ mee te pronken. Het perfecte visitekaartje om de ogen van je criminele concullega's uit te steken. In Grand Theft Auto 4 is personaliseren echter grotendeels aan banden gelegd. Daarin heb je voor je bolide alleen de keuze uit andere kleurtjes bij de lokale Pay 'n' Spray. Je kunt jezelf weliswaar in een andere outfit hijsen, maar dan houdt het qua personaliseren wel op. Er is dus geen plek voor criminele paradijsvogels. Het maakt het uiteindelijk onnodig lastig om je met eenheidsworst Niko te kunnen identificeren; zo mist de game een eigen smoel.
Carl:
Gebrek aan identiteit? Je ziet zoveel dingen over het hoofd die Grand Theft Auto 4 juist uniek maken. Voor de eerste keer heb je een mik- en coversysteem dat ook effectief werkt, zodat je niet langer moet vloeken vanwege de tergende auto-aim van voordien. Moet je een missie opnieuw beginnen, dan veranderen de dialogen met andere personages in je auto. En de parel op de kroon: Euphoria. Deze physics engine zorgde eigenhandig voor mijn favoriete momenten in de game. Niko die bij een harde aanrijding door zijn voorruit gekatapulteerd wordt. Iemand carjacken, wachten tot hij terug rent en zijn hand op de klink legt, en vervolgens wegscheuren terwijl je de argeloze ziel meesleurt. De uren die ik spendeerde met omstanders van trappen te duwen. Priceless.
Yvo:
Er is inderdaad niks zo onvervalst amusant aan GTA als maniakaal lol trappen. In elk deel is er dan ook dat onvermijdelijke moment dat er kortsluiting ontstaat, met als gevolg dat alles en iedereen (inclusief jezelf) kapot moet. Politie, SWAT, leger... hoe meer, hoe beter. De apotheose van die idioterie is een ravage in een tank aanrichten en eervol het loodje leggen. Maar, beste Rockstar, waar is in Grand Theft Auto 4 de notoire Rhino Tank? Ook een straaljager en gevechtshelikopter schitteren in afwezigheid. Onmisbaar wanneer je de spelwereld in GTA op een furieuze symfonie van geweld wil trakteren.
Carl:
Dit is een gebed zonder einde. Laten we de strijdbijl begraven en afronden.
Yvo:
Je hebt gelijk. Laat ik overigens niet te kritisch zijn. Grand Theft Auto 4 is zeker geen verkeerde game. Sterker nog, zelfs de minste GTA-game is nog steeds van bovengemiddelde kwaliteit. Maar Vice City heeft een memorabele 80's setting, San Andreas een heerlijk foute gangsta-vibe en GTA 5 een indrukwekkend levendige spelwereld. Grand Theft Auto 4 komt net te kort door écht te verrassen en mag van mij daarom ergens achter in de rij aansluiten als het op de beste GTA-games aankomt.
Carl:
Voor mij staat deel vier dan weer met opgeheven hoofd vooraan. Naast alles wat ik al eerder zei, is er nog zoveel dat briljant is. Het freeroamen in de online modus, de keuzes die je kunt maken waardoor het verhaal verandert, en de briljante uitbreidingen The Lost and The Damned en The Ballad of Gay Tony die de verhalen van Niko, Johnny en Luis op weergaloze wijze kruisen als ware het een film van Iñárritu. Het moge duidelijk zijn: I <3 Liberty City.
Kun je niet wachten tot de nieuwste Grand Theft Auto? Hier lees je alvast alle GTA 6 geruchten.