Dead or Alive: Dimensions
Knokt zich rechtstreeks naar de top!
Het is gemakkelijk om commentaar te geven op de Dead or Alive-serie. Vorige week nog verscheen het nieuws dat Nintendo deze laatste telg, Dead or Alive: Dimensions, niet zou uitgeven in Scandinavië omdat het daar een wet op kinderporno breekt. Een beetje overdreven zul je denken, en je hebt geen ongelijk, maar het blijft een feit dat de franchise toch keer op keer de grenzen van het seksisme opzoekt. De vrouwen van Dead or Alive hebben borsten groot genoeg om hen al op hun jeugdige leeftijd met rugklachten op te zadelen, maar dat weerhoudt hen er niet van om het schaars gekleed tegen elkaar op te nemen en, waarom preuts zijn onder vriend(inn)en, al eens een goede inkijk te geven op het weinige ondergoed dat ze aanhebben. Dat de bedenker van de reeks, Tomonobu Itagaki, een paar jaar geleden beschuldigt werd van ongewenste intimiteiten door een vrouwelijke collega helpt niet echt ter verdediging van de reeks (al werd hij vrijgesproken van alle beschuldigingen).
Dat de vrouwen van Dead or Alive zoveel aandacht krijgen is spijtig genoeg niet alleen omdat het flauwe clichés over vrouwen in videogames versterkt, maar ook omdat Dead or Alive diep onder de virtuele siliconen een uitstekende fighter is. Net zoals Bungie indertijd Halo opbouwde rond de heilige drievuldigheid van schieten, mêlee en granaten en de shooter hierdoor simpel te begrijpen maar moeilijk te meesteren maakte heb je in Dead or Alive het slaan en schoppen, de grabs en de almachtige reversals. Dit simpele blad-steen-schaar principe zorgt ervoor dat elke starter meteen het gevoel heeft dat 'ie stevig in zijn schoenen staat terwijl de expert weet dat 'ie elk gevecht kan winnen door z'n brein te gebruiken.
Naast die basisgameplay zijn ook de graphics een stokpaardje van de Dead or Alive-franchise. De serie haalde altijd het onderste uit de kan bij de Dreamcast en PS2, terwijl ze op de Xbox en Xbox 360 telkens een nieuwe grafische standaard neergezet hebben. Het is dus eigenlijk ook alleen maar logisch dat er een 3D-versie van de reeks zou verschijnen kort na de lancering van de 3DS. We kunnen fans geruststellen: Dead or Alive: Dimensions ziet er zo goed uit als dat het speelt. Voor een handheld blijft het toch indrukwekkend, want net zoals met die andere fighter op de 3DS, Super Street Fighter IV, ziet de game er haast evengoed uit als zijn console-versie. 'Haast' evengoed weliswaar, want hier en daar zijn er een paar aanpassingen gemaakt aan animaties maar eigenlijk merk je daar niets van. Ook fijn is dat als je de 3D-effecten uitzet, je aantal frames per seconde verdubbeld worden naar 60. Hierdoor ziet alles er verbluffend vloeiend uit.
Op gebied van gameplay komt Dead or Alive: Dimensions er misschien zelfs beter uit dan Super Street Fighter: 3D Edition. Niet omdat de ene titel een beter vechtsysteem heeft dan de ander (al zijn we wel blij dat dat van DoA:D geen gebruik maakt van de schouderknoppen) maar omdat de game gewoon meer te bieden heeft voor de enkele speler. SSFIV:3D was technisch enorm indrukwekkend, speelde fantastisch en bevatte veel personages, maar buiten een arcade mode was er weinig te doen. Dead or Alive: Dimensions is zich meer bewust van de noden van een portable gamer en bevat dan ook een uitgebreide singleplayer.
In de Chronicle Mode volg je het verhaal van de vorige vier DoA-games. Niet dat dat verhaal zo verschrikkelijk boeiend of meeslepend is, maar het is wel een nieuwe aanpak die de makers toelaat ons niet alleen één voor één kennis te laten maken met de vijfentwintig personages maar ook met alle hoekjes en kantjes van het vechtsysteem. De Chronicle Mode is een uitstekende leerschool en je wordt ook nog eens getrakteerd op een heleboel leuke tussefilmpjes in 3D. Toch zeker de moeite waard aangezien Tecmo's Team Ninja zeker weet hoe ze een cutscene moeten maken. Daarnaast heb je nog de standaard Arcade, Survival, Tag, Free Play en Training die zichzelf allemaal uitleggen.
De mode die de game in Scandinavië de term kinderporno opleverde is de Showcase Mode, vergelijkbaar met Super Smash Bros. zijn Trophy Mode waarbij je de 3D-modellen van alle personages in poses kunt zetten en er foto's van kan trekken. Een beetje vervelend voor Nintendo aangezien een aantal van de virtuele schaars geklede dames nog minderjarig zijn. Deze modellen moet je vrijspelen en aangezien er 999 van zijn, zal elke verzamelaar wel even zoet zijn. Net zoals SSFIV3D heeft ook DoA:D de mogelijkheid om tegen een andere speler te spelen, zij het lokaal met elk een cartridge in zijn 3DS of online, wat een vrij lag-vrije maar helaas ook charmeloze ervaring is.
Dead or Alive: Dimensions maakt dankbaar gebruik van het tweede scherm. Voor de beginner toont het touchscreen standaard alle moves dat je huidige personages kan gebruiken gebaseerd op de combo waar je op dat moment mee bezig bent. Als je even een nieuwe combo wil leren moet je dus gewoon even naar omlaag lonken en kijken wat er gebeurd. Het is ook een goede herinnering om de reversals te gebruiken. De experts kunnen het touchscreen veranderen naar een zéér gedetailleerde beschrijving van wat er op het scherm aan het gebeuren is met allerhande percenten en cijfers waar enkel de mierenneukers wat aan hebben.
Dit alles maakt van Dead or Alive: Dimensions een uitstekende game en een aanrader voor elke fan van het figher-genre. Ik blijf erbij dat een groot deel van de kracht van beat'em ups verloren gaat als je niet kunt vechten tegen je vriend naast je op de sofa, wat met portables een dure aangelegenheid is, maar de game maakt het goed door een singleplayer te hebben waar je heel wat uren in kan verzinken. In de twee maand dat de 3DS verkrijgbaar is, zijn er al evenveel klassefighters voor het systeem verschenen en dat is alleen maar fantastisch.
De review van Dead or Alive: Dimensions doorgenomen, en je hebt wel zin om het spel in huis te halen? Dat kan, want de game is vanaf nu exclusief voor de 3DS in de winkelrekken verkrijgbaar.