Dear Esther Review
Duistere Schotse trip zonder kilten.
Als gamers zijn we gewend steeds voor de hoogste scores te gaan, iedereen die ons nog maar verkeerd aankijkt te belonen met enkele welgemikt schoten in het aangezicht -die richten namelijk meer schade aan, zie je- en dames in nood met uitpuilende boezems ter hulp te schieten. Zijn het echter deze vastgeroeste clichés die definiëren wat een game is en wat niet, of is het overgrote deel van het gamesspectrum eenvoudigweg nog door niemand verkend?
Wanneer je games in de brede zin definieert als zijnde interactieve ervaringen, past Dear Esther nog net binnen die omschrijving, maar eerder dan zeuren binnen welke categorie je deze game kan onderbrengen en of je het überhaupt wel een game kan noemen, wil ik het hebben over wat Dear Esther wel is.
Wie geen typische game verwacht en de moeite neemt Dear Esther 's avonds op z'n ééntje te spelen met gedimde lichten en een koptelefoon op, mag zich verwachten aan een intense, experimentele trip waarbij je ten volle probeert te ervaren wat de reis in je naar boven brengt. Nooit eerder voelde ik me zo'n nietig element ten opzichte van de omgeving. Steile rotswanden die in een eeuwig gevecht met wind en water verwikkeld zijn, de striemende bries die een storm voorspelt wanneer je je noodlot blijft najagen, het contrast van het intrieste eilandoppervlak met de ronduit magnifieke grotten eronder, ...
De omgevingen, opbouw en vormgeving ervan zijn meteen enkele van de weinige punten in verband met Dear Esther waarover niet te discussiëren valt. Robert Briscoe hanteert een breed palet om dit grauwe Schotse eiland een vreemde warmte en aantrekkingskracht te doen uitstralen. Af en toe je vinger van de 'vooruit'-toets halen om met open mond het heen en weer wuivende gras te bewonderen, te genieten van het klotsende zeewater dat tot aan je enkels rijkt of het fragiele lichtspel van de ondergaande zon op het wolkendek gade te slaan.
"Wie de moeite neemt Dear Esther 's avonds op z'n eentje te spelen met gedimde lichten en een koptelefoon op mag zich verwachten aan een intense, experimentele trip."
Meer nog dan een schilder kan een gamemaker bovendien gebruik maken van vooruitgang en hoeft hij zijn onderwerp niet in één enkel beeld te vatten, wat een langzame ontdekking met bijhorende tocht mogelijk maakt. Laat dat nu net iets zijn dat Dear Esther meesterlijk bewerkstelligt. Gaandeweg ontdek je overblijfselen van vorige eilandbewoners en verken je het eiland enkel vergezeld van je eigen gedachten of hier en daar een prachtig streepje muziek. Niet zozeer het einddoel maakt Dear Esther bijzonder, het gedwongen karakter ervan stelde mij zelfs ietwat teleur omdat het brak met hetgeen eraan voorafging.
De reis die je aflegt is er evenwel ééntje om te koesteren. Zonder conventionele gameplayelementen verken je de uithoekjes van het eiland niet om er munitie of andere waardeloze rommel te vinden, maar vormt de ontdekking van de omgeving zelf de enige stimulans. Her en der verspreid zijn tal van bezienswaardigheden groot en klein die je makkelijk voorbij zou lopen als je niet eens van het rechte pad durfde af te wijken. De geschriften op een muur, het vervallen huis of de afgrond met op de bodem niets dan boeken zijn maar enkele van de subtiel geplaatste hints die door de speler gebruikt kunnen worden om een eigen verhaal aan deze plek te geven. Want Dear Esther bevat wel degelijk een verhaal, zij het dat het mij nooit echt wist te grijpen door de overdreven literaire brieven of de Bijbelse passage waaruit een verteller af en toe voorleest. Waarschijnlijk zaten er wel enkele mooie metaforen tussen, maar die raken begraven in de opgeblazen literaire constructies waar voor ongeoefende Engelse sprekers vaak kop noch staart aan te knopen valt.
"Een magnifiek samenspel van kleuren, geluiden, muziek en subtiele verwijzingen naar een tragedie allemaal samengebracht in een korte wandelroute over een Schots eiland."
Jammer, maar zelfs zonder veel aandacht te besteden aan wat er precies gezegd wordt, hoeft dit niet noodzakelijk negatief te zijn. Men laat namelijk heel wat plaats voor interpretatie en ook beeldspraak is de makers niet vreemd waardoor je met behulp van het eiland en achtergebleven sporen van eerdere passanten al snel zelf een idee vormt van wie Esther precies is en waarom de toon die de verteller aanneemt gaandeweg verandert.
Wat mij uiteindelijk vooral zal bijblijven van de eerste keer doorheen Dear Esther spelen is het magnifieke samenspel van kleuren, geluiden, muziek en subtiele verwijzingen naar een tragedie allemaal samengebracht in een korte wandelroute over een Schots eiland. Hoewel je kan argumenteren dat een tweede speelsessie de magie van de eerste zou kunnen doorbreken, is het toch het overwegen waard om de gemiste details aangebracht door de makers te ontdekken of meer informatie over het verhaal te krijgen in de willekeurig gekozen tekstjes van de verteller.
Samengevat is Dear Esther een unieke ervaring waar iedereen met ook maar een grijntje interesse in alternatieve games vrijwel zeker iets moois uit zal kunnen puren voor zichzelf. Staar je daarom zeker niet blind op het cijfer hieronder, want net als kunst is het spelen van Dear Esther een persoonlijke aangelegenheid die niet in een getal samengevat kan worden. Zegt het inruilen van traditionele gameplay voor een minimalistisch klank- en beeldspel je wel wat, dan zal je je het niet beklagen hiervoor in de buidel getast te hebben. Ik kan alleen maar hopen dat de unieke aanpak van Dear Esther gevolgd en verder verfijnd zal worden door anderen, want het zou zonde zijn mocht dit stukje van het gamespectrum onontgonnen blijven.
De review van Dear Esther doorgenomen, en je hebt wel zin om het spel in huis te halen? Dat kan want de game is nu verkrijgbaar op Steam!