Diluvion review
Onderneeër.
In 1870 publiceerde de Franse auteur Jules Verne zijn bekende sciencefictionroman Twintigduizend mijlen onder zee. Het boek vertelt het verhaal van de Nautilus, een duikboot die de zeven zeeën doorkruist en daarbij allerlei avonturen beleeft. Zo stoot de onderzeeër op het legendarische Atlantis en vecht de bemanning een bittere strijd met een school moordlustige inktvissen. Stof genoeg om een game op te inspireren dus, en dat is precies wat ontwikkelaar Arachnid Games met Diluvion doet.
Aan een achtergrondverhaal maakt de game alvast niet veel woorden vuil: de mensheid heeft het voor de zoveelste keer verkorven en wordt door de goden tot een leven onder zee vervloekt. Een dikke laag ijs op het water voorkomt dat de zeebewoners ooit nog het daglicht zien. Toch is er een sprankeltje hoop: als een stel moedige avonturiers het einde van de - ironisch genoemde - Endless Corridor bereikt, dan verbreekt een lieve godin de vloek. Het is een aardige kapstok om de game aan op te hangen, maar het schrijfwerk is niet bijzonder en nergens voel je de drang om het verhaal tot een goed einde te brengen. Van een Verne-achtige spanning is dus zeker geen sprake.
Spanning moet je vooral in de gameplay zoeken. In Diluvion stuur je een duikboot door onbekend gebied, reken je onderweg met vijandige duikboten en andere onderwatergriezels af, en moet je er tussendoor ook nog eens voor zorgen dat je voedsel en zuurstof op peil blijven. Onderwijl plunder je locaties en ontdek je steden waarin je nieuwe bemanning rekruteert en goederen aan- of verkoopt. Het zijn allemaal interessante elementen die op papier een spannende game vormen.
Maar hoewel Diluvion boordevol goede ideeën zit, laat de uitwerking te wensen over. De eerste muur waar je tegenaan botst, is navigatie. Arachnid Games wil dat je 'oldskool' je weg vindt met kaart, kompas en oriëntatiepunten. Je eigen positie wordt niet op de kaart getoond en je hebt enkel de windrichtingen om je op te baseren. Het gevolg is dat je al snel hopeloos verloren bent. Bovendien werken de oriëntatiepunten niet goed. Je kunt dan wel een in het oog springende onderwaterstad ontdekt hebben, maar je hebt er niks aan omdat je op de oceaanbodem gewoonweg niet ver kunt zien. De positie van die stad komt dan wel op je kompas, maar alleen als je dicht in de buurt bent. En dan is het al te laat.
Om je toch een beetje een gevoel van richting te geven, bevat de game een spoor van oranjegeel oplichtende vissen dat je naar je volgende doel gidst. Dat werkt goed, als het in de eerste plaats al werkt. Het spoor valt namelijk te pas en te onpas weg. Zo gebeurt het dat je door de meest obscure krochten van de diepzee aan het varen bent en dan net door een piratenschip wordt overvallen. Aangezien je in drie dimensies beweegt, raak je tijdens zo'n gevecht al snel elke vorm van oriëntatie kwijt. En net als je de piraat naar Davy Jones' Locker hebt gestuurd, zijn de vriendelijke vissen pleite. Dat laat je met twee mogelijkheden: ofwel ploeter je verder in de hoop dat het spoor terugkeert, ofwel herlaad je je save in de hoop dat het spoor in de eerste plaats niet wegvalt. Het is een frustrerende keuze tussen pest en cholera.
Daarnaast is Diluvion heel repetitief. Tijdens het eerste uur zijn het verkennen en looten fris en verrassend, maar daar komt al gauw sleet op. Als je voor de zoveelste keer in een verlaten onderzeewoning voor een handvol geld en een oude kamerplant aanmeert, heb je het wel gezien. En je bent verplicht om dat te doen, want je kunt je zuurstofvoorraad alleen bij zulke woningen aanvullen. De spanning van het avontuur ruimt dan ook snel plaats voor een gevoel van verplicht checkpoints afgaan. De spanning van het avontuur ruimt dan ook snel plaats voor de eentonigheid van een vervelend klusje.
Zelfs de onderzeeslagen drijven de spanning niet ten top. Een gevecht tegen één tegenstander is te eenvoudig, maar tegen meer vijanden overheerst de frustratie. De torpedo's vliegen je om de oren en je hebt gewoonweg geen tijd om gepast te reageren. Bovendien gooien de moeilijke controls nog eens extra roet in het eten. Dat maakt de gevechten bij vlagen oneerlijk moeilijk.
Op vlak van presentatie scoort Diluvion iets beter dankzij de mix van 3D en 2D. Je vaart in je onderzeese schuit in een driedimensionale omgeving rond. Die is trouwens heel mooi vormgegeven, met kleurrijke koraalriffen en mysterieus oplichtende diepzeeplanten. Met een druk op de knop krijg je een tweedimensionale dwarsdoorsnede van je onderzeeër te zien. De omgevingen en de personages zijn in een fijne prentenboekstijl vormgegeven.
Daartegenover staat echter dat Diluvion een van de lelijkste menu's in de geschiedenis van de games heeft. Lelijke kleuren, een lettertype dat zo uit Microsoft Word is geplukt en een onoverzichtelijke interface maken het ronduit afschuwelijk om naar te kijken. De visuele stijl van Diluvion is uiteindelijk zo onsamenhangend dat het storend is.
Maar om - letterlijk - op een positieve noot te eindigen: de soundtrack van Diluvion is schitterend. Van het doorkruisen van nauwe gangen tot het arriveren in een nieuw en imposant gebied: voor elke situatie heeft de game prachtige, gepaste muziek. Op de momenten dat beeld, geluid en gameplay mooi in elkaar klikken, besef je welk potentieel er onder het oppervlak van Diluvion schuilt. Alleen steken die momenten veel te weinig hun kop boven water.
Het is niet prettig om Diluvion te moeten afschrijven. De game bevat veel goede ideeën, en Arachnid Games heeft het hart duidelijk op de juiste plaats. Alleen is de game op de muziek en de 3D-omgevingen na teleurstellend. De presentatie is onevenwichtig, de combat is frustrerend en het verkennen vervalt veel te snel in een vervelende klus. Als je op zoek bent naar Verne-achtige onderwateravonturen, ben je bij Diluvion niet aan het juiste adres.
Diluvion is nu verkrijgbaar op pc.