Dragon Age: The Veilguard review - Uitstekend verhaal op een ouderwetse fundering
Een van BioWares beste verhalen
Voor de Dragon Age: The Veilguard review doet Joël alsof hij al zijn keuzes in Inquisition van tien jaar geleden nog kan herinneren.
Studio BioWare windt geen doekjes om de focus van Dragon Age: The Veilguard: het verhaal en je compagnons. Belangrijk zijn de interpersoonlijke relaties, de wereld, de facties, en bovenal je invloed op al die elementen. Die belofte voel je in elke vezel van The Veilguard, waar het moddervette verhaal en het bonte gezelschap constant positief opvallen. Het is een grote stap vooruit in hoe meeslepend het verhaal is geschreven, maar wel een die nog maar nét gedragen wordt door de oude botten waar de game op rust.
Het verhaal van The Veilguard speelt zich tien jaar na de gebeurtenissen uit voorganger Inquisition af - en toepasselijk komt de game ook tien jaar na die game uit. Een nieuwe dreiging doemt op en het is aan jou als - zelf in te vullen - ‘Rook’ om wereld Thedas te redden. BioWare komt de beloftes over de invloed die je op de wereld hebt na. Zo krijg je voor een aantal absolute kernmomenten keuze uit meerdere opties, met grote gevolgen voor Thedas. De keuzes die je gaandeweg maakt in gesprekken zijn nog beter, omdat ze natuurlijk aanvoelen. In elk gesprek kies je namelijk zelf je reactie, uiteenlopend van instemmend, grappig tot terughoudend of agressief. Het schrijfwerk daarin is uitstekend, en je reacties komen zelden toondoof over. Zo had ik een reeks grappige reacties heen en weer met een personage, waar later op sarcastische wijze naar werd gerefereerd in een volgende ontmoeting. De game staat bol van deze momenten waar je keuzes ertoe doen, waardoor de progressie van het verhaal constant boeit.
Het bonte gezelschap aan compagnons is The Veilguards grootste troef. Ten eerste hebben de meesten zeer interessante achtergrondverhalen. Neem bijvoorbeeld Lucanis Dellamorte, een door een demon bezeten lid van de sluipmoordenaarsgilde de Antivan Crows. Lucanis strijdt innerlijk constant om controle met demon Spite. Die strijd verliest hij regelmatig wanneer hij in slaap valt, waardoor hij een obsessie met koffie heeft. Zijn missies gaan niet alleen over zijn demon, maar nemen je ook mee naar zijn thuis, de kanalenstad Treviso, waar een intrigerende machtsstrijd gaande is. Ten tweede merk je constant de impact die je op je groep kompanen hebt. Zo verzuren relaties of bloeien ze open, met als resultaat bijvoorbeeld afstandelijke compagnons of net pittige romantiek . Verpest je het volledig, dan verdwijnen je companions soms een tijdje of healen ze je niet langer. Je bouwt dan ook een natuurlijke band met je groep op, terwijl hun verhaallijnen niet onder doen voor het hoofdplot.
Thedas is net zozeer een personage in The Veilguard. Toch wordt de geloofwaardigheid van de wereld soms ondergraven door het leveldesign, dat op de beste momenten zeer sfeervol maar op de slechtste momenten te klein en lineair is. BioWare maakt hier een bewuste keuze, weg van de (te grote) open gebieden van Inquisition, om de nadruk op het verhaal te leggen. Daar slaagt het slechts gedeeltelijk in. Wanneer je bijvoorbeeld een grote invasie langs de muren van Fort Weisshaupt afslaat , is het lineaire ontwerp spectaculair. Op andere momenten is de wereld echter te klein om doorleefd aan te voelen. Zo heeft de grote havenstad Minrathous een ‘marktplein’ met drie kraampjes die je in een paar passen passeert. Zeker de eerste paar uren van de game voelen daardoor als een claustrofobische Disneyland-attractie aan. De wereld opent zich gaandeweg wel aanzienlijk, en de diverse omgevingen overtuigen zowel qua creativiteit als variatie. Dat neemt echter niet weg dat de opzet soms te lineair en klein is, en dat dit haaks op de illusie van deze grootse wereld staat.
De Lighthouse, de centrale hub in The Veilguard en thuisbasis, maakt veel goed als verbindende factor tussen alle verhaallijnen. Het is de plek waar je toegang hebt tot de Eluvians, de magische spiegels voor reizen naar Thedas. Binnen de Lighthouse heeft ieder groepslid zijn eigen kamer die zich geleidelijk ontwikkelt. The Lighthouse zet het sterke verhaal en de goede sfeer van dit avontuur nog meer in de verf. Zo is je mening bijvoorbeeld nodig wanneer twee compagnons samen een kampeerreis plannen en de ene het liefst onder de naakte hemel slaapt, terwijl de andere wat comfort (en negen ‘necromancy’-boeken) verkiest. Al je compagnons zijn bovendien constant met elkaar bezig in de Lighthouse, niet alleen wanneer jij met ze praat. De Lighthouse draagt dan ook sterk bij aan de continuïteit van het verhaal en geeft wat welkome context en sfeer bij alle compagnons.
Voor de combat belooft BioWare je ditmaal een ervaring die je je geheel eigen maakt door een specialisatiesysteem in gridvorm. Dat systeem is inderdaad zeer robuust. Zo zijn er drie klassen met telkens drie aparte specialisaties en tig paden. Centraal in de combat staat BioWares ‘gouwe ouwe’ formule, waar je combo’s aan elkaar rijgt door een ‘prime’-vaardigheid te laten ontploffen met een bijpassende ‘detonate’. Hoewel je twee compagnons een grote rol vervullen, bestuur je ze in tegenstelling tot vorige games in de reeks niet volledig. Dat gebrek aan controle voelt soms als een gemis aan, vooral wanneer je vaardigheden in ‘cooldown’ zijn. De vlotte ‘dodge’ houdt de gevechten dan weer spannend, die regelmatig een climax bereiken in memorabele baasgevechten met meerdere fasen. De uitgebreide specialisatie biedt diepgang en maakt het gebrek aan controle in deze anderzijds standaard BioWare-combat bijna goed.
Tot slot is de presentatie grotendeels glanzend, hoewel het visueel wat smetjes toont. Zo is het cartooneske stijltje nooit helemaal in harmonie met de volwassen (M-rated) onderwerpen die aan bod komen en zien de texturen er bovendien iets te ‘zacht’ uit. Cinematisch is de presentatie echter over de hele lijn sterk, met natuurlijk ogende ‘mo-cap’ en impactvolle exposities in filmpjes. Daarnaast is de audio een heuse traktatie. De opzwepende soundtrack van Hans Zimmer raakt alle juiste snaren – van mysterieuze fluiten tot etherische orgels – en zet altijd kracht bij de beelden. Hetzelfde geldt voor de stemacteurs, die in de vele gesprekken overtuigen. Onder de streep is de presentatie dan ook een sterk punt.
Dragon Age: The Veilguard is een polariserende game. BioWare doet duidelijk op sommige vlakken een stapje terug om het verhaal te doen schijnen. De game komt qua elementen dan ook langzaam op gang, waarbij vooral het leveldesign ouderwets voelt. De degelijke combat en vooral de fantastische personages compenseren echter. BioWare is een meesterverteller qua gamingverhalen - en het narratief talent van de studio heeft nog nooit zo helder geschenen als in The Veilguard.
De Dragon Age: The Veilguard review vond plaats op de PC.