Dungeon Siege III (hands-on)
Vissen, gesprekjes en kniebeschermers.
Ondanks al die zijmissies is het spel eigenlijk vrij lineair te noemen. Begrijp me niet verkeerd, want de spelwereld belooft best wel groot te worden en er zijn een heleboel tweesplitsingen, kruispunten en doodlopende wegen, maar uiteindelijk lijkt er toch altijd maar één kant te zijn die je kunt uitgaan om de main quest verder te zetten. Dit brengt met zich mee dat de sidequests die ik speelde vaak voor backtracking zorgden. Een fast traveloptie zou daarom in het definitieve spel misschien wel handig kunnen zijn.
Toch zal je je zeker niet vervelen tijdens backtracking, en wel om twee redenen. Enerzijds staan er keer op keer groepjes vijanden op je te wachten, maakt niet uit hoeveel keer je hetzelfde pad opnieuw bewandeld. Anderzijds zien de omgevingen er bijzonder knap uit. De PS3-versie waarmee ik aan de slag kon zag er heel gelikt uit voor een game die gebruik maakt van bovenaanzicht, en de PC-versie zal er waarschijnlijk nog knapper kunnen uitzien. Ik begon mijn queeste in een bruinachtig huis verlicht door sfeervolle fakkels om via een sprookjesachtig en schaduwrijk bos in een gezellig dorpje terecht te komen. Per slot van rekening kwam ik terecht in een grot waar een kil blauw kleurenpalet overheerste. Ervan uitgaande dat Obsidian nog niet al z'n troeven op tafel heeft gegooid kunnen we voorspellen dat er serieus wat visuele variatie in het spel zal zitten. Er werd duidelijk ook heel wat aandacht besteed aan omgevingsachtergronden, die ondanks de lineariteit voor een gevoel van openheid zorgen.
Een belangrijk onderdeel van RPG's zijn dialogen, en dat is hier niet anders. Je kunt iedere voorbijganger aanspreken, maar er zijn redelijk wat NPC's die geen zin hebben informatie vrij te geven en zich er met een smoesje van af maken. Wanneer het wel lukt een gesprek aan te knopen krijg je een heel standaard conversatiemenu voorgeschoteld waar je af en toe uit een aantal dialoogopties kunt kiezen. Ook de close-ups van de gezichten van je gesprekspartners zagen er niet bepaald noemenswaardig uit (om nog maar te zwijgen over de lipsync), maar voor hetzelfde geld is dit wel volledig in orde wanneer de finale versie in de rekken komt te liggen.
Dat Dungeon Siege III nog steeds onder het label RPG valt heeft voornamelijk met de achterliggende mechanismen te maken, want het spel speelt vooral als een hack 'n' slash game. Je beschikt over een groene gezondheids- en een paarse magiebalk, die je weer kunt bijvullen door orbs te verzamelen. Elk personage heeft twee unieke agressieve modi, en het mijne kon switchen tussen één en twee zwaarden. Eén zwaard bleek effectiever te zijn tegen alleenstaande vijanden aangezien het personage dan enorm krachtige (maar trage) slagen kon uitdelen. Twee (lichtere) zwaarden kwamen dan weer goed van pas tijdens grote groepsgevechten. Door op een bepaalde knop te rammen vecht je met je zwaard, en door af te wisselen met de speciale vaardigheden kan je wat meer variatie in het geheel stoppen.
Alle rassen beschikken tenslotte over dezelfde defensieve modus. Deze activeer je door te blocken, waarbij je een soort van magisch schild oproept. Het enige wat je op dat moment nog kunt doen is aanvallen ontwijken door weg te rollen in de hoop je levensbalk opnieuw bij te kunnen vullen. For the record: het spel zal verschillende moeilijkheidsgraden bevatten, dus als je daar geen zin in hebt speel je gewoon op één van de makkelijkste niveaus.
Vijanden lijken vooral omgevingsgebonden te zijn. In het bos liep ik voornamelijk een soort trolachtige wezentjes tegen het lijf, sommigen hadden zwaarden terwijl anderen over pijl en boog beschikten. In de grot kreeg ik af te rekenen met allerhande heksen die konden putten uit een heel spreukenarsenaal, en uiteindelijk kreeg ik het zelfs aan de stok met een stel brandende skeletten. Soms werd ik aangevallen door een soort van eindbazen, sterkere vijanden te herkennen aan hun levensbalk en een grote cirkel die hen omringt. Hier kan je niet uit ontsnappen vooraleer de tegenstander verslagen is, dus het spel is alvast niet voor mietjes.
De mensen van Square Enix wisten me na mijn speelsessie nog te vertellen dat het spel een volwaardige co-op modus voor maximum vier spelers zal bevatten, zowel offline als online. Ik heb het niet kunnen uittesten, maar het lijkt me alvast een heel leuk spel om met meerdere personen te spelen, aangezien je de verscheidenheid aan speelbare personages perfect zult kunnen aanwenden om de vijanden op een effectievere manier om zeep te helpen. Als je alleen speelt zullen computergestuurde compagnons je af en toe komen vergezellen. Een week geleden liet de ontwikkelaar overigens weten dat je twee aparte personages zult beheren met elk een eigen levelsysteem: eentje voor de singleplayer en het andere voor de multiplayer.
Wat vooral opvalt is dat Dungeon Siege III een pak toegankelijker is gemaakt in vergelijking met de eerste delen uit de reeks. Nu het spel ook op consoles verschijnt heeft men ervoor geopteerd om een zo groot mogelijk doelpubliek aan te spreken, waardoor hardcore RPG-fans waarschijnlijk van een kale reis terug zullen komen wanneer ze ermee aan de slag zijn gegaan. Verder valt nu al op te merken dat Dungeon Siege III absoluut niets vernieuwends tracht te introduceren, maar gewoon een heel degelijke actie-RPG probeert te worden. Na mijn speelsessie kan ik dat grotendeels beamen, maar om definitief uitsluitsel te krijgen zullen we nog enkele maanden moeten wachten.
Dungeon Siege III is rond het einde van mei beschikbaar voor de PS3, X360 en PC.