God of War III
De trilogie komt tot een einde.
Kratos staart mij veelzeggend en met een met woede gevulde blik aan. Ik zie in zijn ogen dat de kale held heel wat heeft meegemaakt tijdens zijn door wraak aangewakkerde queeste, en het is net alsof de asgrauwe Spartaan op mij wacht. Hij wacht totdat ik samen met hem zijn allerlaatste en vooral beslissende avontuur in werking zet. Kratos heeft mij meer dan ooit nodig, en ik aanschouw het als een eer om samen met hem op pad te gaan richting Zeus, de oppergod die kost wat kost neergehaald moet worden...want alleen dan zal Kratos rust vinden. En ik gun het hem ten volste!
Begrijp me niet verkeerd, ik wil de God of War reeks liever niet tot een einde zien komen. Al sinds het eerste deel wisten de jongens en meisjes bij Santa Monica Studios steeds weer kwaliteit af te leveren, grenzen te verleggen en vooral onvervalst speelplezier te brengen. Het moet geen simpele opdracht geweest zijn gezien het team van ontwikkelaars bij elk nieuw deel een verse leider kreeg. David Jaffe, de geestelijke vader van God of War, verliet de studio nadat hij het origineel afwerkte, en ook Cary Barlog hield het voor bekeken nadat deeltje twee in de winkelrekken verscheen. Bij God of War III, de afsluiter van de trilogie, nam Stig Asmussen de teugels in handen, en het is nu aan de fans om te beslissen of deze man een waardig einde heeft weten te creëren voor een van de meest memorabele spelpersonages uit de voorbije jaren. Laten wij alvast proberen om onze mening neer te pennen nadat we het spel uitvoerig gewikt en gewogen hebben.
God of War III gaat rechtstreeks van start na het einde van deeltje twee. Kratos is vastberaden om Zeus te vermoorden, maar moet daarvoor wel eventjes Mount Olympus beklimmen. Geen makkelijke taak gezien de aardkloot gigantisch hoog is en er toen nog geen sprake was van een kabellift. Onze held krijgt echter wat hulp van enkele Titanen die eveneens een eitje te pellen hebben met de oppergod. Wat volgt is een helse, ongeveer tien uur durende tocht richting Zeus waarop we naar goede gewoonte heel wat nieuwe, maar ook oude bekende personages uit de door mythologie geïnspireerde reeks tegen het lijf lopen. Wie de voorgaande God of War games speelde zal ongetwijfeld genoegen halen uit de vele verwijzingen richting voorgaande gebeurtenissen, maar ook voor nieuwkomers is God of War III zeker geen onbegrijpelijk epos.
Het plot van dit spel is namelijk een stuk rechtlijniger dan dat van voorgaande delen binnen de reeks. Het komt er gewoon op neer dat je Zeus moet neerhalen, terwijl alle hindernissen die je onderweg tegenkomt al dan niet – maar meestal wel – hardhandig aangepakt moeten worden. Dit wilt echter niet zeggen dat we met een lauw verhaal te maken hebben. Dit is mythologie op z'n best! Zelfs al mocht je in je kindertijd in slaap gevallen zijn tijdens het merendeel van de geschiedenislessen, dan nog is de tocht van Kratos de moeite om met open oren en ogen te volgen.
Elk personage en elke omgeving is met zoveel liefde en zorg geschapen dat je niet anders kunt dan respect te hebben voor het bronmateriaal van God of War III. Is het de eerste keer dat je met Kratos op pad gaat zul je je afvragen wat deze bikkel allemaal beleefde in de voorgaande delen, en wanneer je onze meedogenloze held eerder al volgde zul je elk detail opeten als zoete koek. De fenomenale grafische pracht maakt de ervaring uiteraard nog een stuk smakelijker. Bij Santa Monica Studios is men tot het uiterste gegaan om God of War III tot een van de mooiste spellen voor de PlayStation 3 tot nu toe om te toveren.
Kratos zijn spieren zie je wanneer je goed kijkt bewegen wanneer hij een vijand tot moes slaat en structuren als marmer, koper en goud in de omgevingen zien er bijna fotorealistisch uit. Maar het is vooral de schaal van het spel die je met open mond naar je beeldscherm doet staren. Al meteen bij de openingsscène mag je met Kratos op het lichaam van Titanen klimmen die kilometers groot zijn. Dat klinkt mooi op papier, maar in God of War III voel je je bij momenten letterlijk als een stofdeeltje dat tegen het lichaam van een olifant plakt.
Het is dan ook een doodzonde dat we net zoals in de voorgaande delen nog steeds te maken hebben met voorgeprogrammeerde camerastandpunten. Deze geven nagenoeg altijd de juiste beelden weer op het juiste moment en zorgen voor een filmische spelervaring, maar doordat je te maken hebt met zoveel pracht en praal rondom je wil je op sommige momenten gewoon even stilstaan en rondkijken door de ogen van Kratos. Toegegeven, af en toe geeft het spel je wel wat controle over de camera en mag je even genieten van wat er allemaal rondom je gaande is, maar waarom voegde men geen vrije first person view toe aan God of War III? Technisch moet zoiets ongetwijfeld mogelijk zijn en de implementatie ervan zou vooral een hommage zijn aan het harde werk dat het ontwikkelteam in de game heeft gestopt.
Een ander probleem dat zich zo nu en dan voordoet door de statische camera is dat het inschatten van afstanden bij platformgedeeltes af en toe lastig is. Kratos legde tijdens onze speelsessie vaker het loodje doordat we in een afgrond sukkelden, dan doordat de vijanden te pittig waren. Gelukkig zijn de momenten waarop dit euvel boven water komt zeer schaars en doen ze nagenoeg niets af aan de totale spelervaring. De gameplay is namelijk nog steeds van een oerdegelijk niveau, en de gevechten waarin je terechtkomt zijn werkelijk een genot om aan deel te nemen.