Hitman: Agent 47 review
Geen hit, man.
Agent 47 maakt in 2007 zijn debuut op het witte doek, maar de film Hitman wordt over het algemeen lauwtjes ontvangen. Dat weerhoudt Adrian Askarieh er echter niet van om acht jaar later een tweede poging te wagen. De producent is namelijk heilig ervan overtuigd dat er meer uit de kale huurmoordenaar te halen valt.
Tweede ronde, tweede kans dus. Overigens niet als vervolg, maar in de vorm van een reboot. Askarieh wilt namelijk een frisse start van wat hij als een van de meest iconische personages bestempelt. Hitman: Agent 47 moet niet alleen de tekortkomingen van de eerste film goedmaken, maar tevens een stevige basis voor meerdere rolprenten rondom de kale antiheld neerzetten. Een moedige maar uiteindelijk vergeefse poging.
Aan de keuze van de rol van 47 heeft het in ieder geval niet gelegen. In eerste instantie was de wijlen Fast & Furious-acteur Paul Walker gecast in plaats van Timothy Olyphant die de hoofdrol in de vorige film speelde. Nu wordt de rol door Rupert Friend vertolkt. Een prima alternatief, zeker gezien zijn rol in de serie Homeland. Daar knapt hij op overtuigende wijze de vuile klusjes voor de CIA op. Een bloedserieuze man met een doordringende, ijskoude blik in zijn ogen. De rol als 47 is hem dan ook op het lijf geschreven. Het is een kwestie van de tondeuse erover, een barcode in zijn nek en een bijpassend maatpak.
Hitman leent zich uitstekend voor een spannende thriller, maar glijdt al snel naar een over-the-top actiefilm af. Daar waar de games vooral draaien om geduldig sluipwerk en intelligente manieren om iemand te liquideren, rennen in de film hordes identiteitsloze vijanden als lemmings hun noodlot tegemoet. 47 schiet in klinische omgevingen aan de lopende band belagers neer en schroomt daarbij niet glijdend op zijn knieën zijn twee glimmende Silverballers af te vuren. Daarnaast blijkt de gun for hire ook nog een martial arts-expert en bekwame autocoureur te zijn. Het staat allemaal in schril contrast met de berekende sluipmoordenaar uit de games.
In tegenstelling tot wat de filmtitel doet vermoeden, staat Agent 47's tegenhanger Katia van Dees (Hannah Ware) centraal. Deze dame struint in Europa de archieven af op zoek naar antwoorden waarvan ze eigenlijk nog niet eens de exacte vragen weet. Haar zoektocht leidt uiteindelijk naar Dr. Litvenko (Carian Hinds) die meer duidelijkheid over haar mysterieuze verleden kan geven. Haar link met het geheime Agent Program gaat enkele stakeholders dan ook niet geheel onopgemerkt voorbij. Naast 47 zit ook John Smith (Zachary Quinto) haar op de hielen, die een louche syndicaat onder de leiding van Le Clerq (Thomas Kretschmann) vertegenwoordigt.
Katia blijkt meer in haar mars te hebben dan ze zelf doorheeft. Ze beschikt namelijk over bovenmenselijke eigenschappen, wat het verhaal bij vlagen echter erg ongeloofwaardig maakt. Sneller, slimmer en sterker is plausibel. Maar middels visioenen iemands entree elders in het gebouw feilloos reconstrueren, is iets teveel van het goede. Dit gaat dan ook ten koste van 47 zelf, die net als de rest van de personages amper wordt uitgediept.
Er zijn nog wel enkele referenties naar stealth, waarbij 47 vermomd gebouwen infiltreert of Katie onopvallend in de mensenmassa uit het zicht van de beveiligingscamera's moet blijven. Het gros van de R-rated film draait echter om shoot-outs, vuistgevechten en gierende banden. Als de actie dan maar goed zit. Maar ook daar valt wat op aan te merken. Executies in slow motion, cheesy computereffecten tijdens het markeren van vijanden op een tablet en koeltjes weglopen van een explosie. De welbekende clichés passeren allemaal de revue. De debuterende regisseur Aleksander Bach springt hier dus weinig creatief mee om.
Er is daarnaast een overdaad aan CGI in Hitman: Agent 47. Dat die vervolgens niet altijd even solide is, maakt het er ook niet echt beter op. De schrijvers pogen tussen het schieten en nekken breken door het verhaal meer diepgang te geven. De conversaties tussen de personages zijn echter zo oppervlakkig dat ze je ze bij aanvang van de volgende scène alweer vergeten bent. Samen met het weinig verrassende plot en de overdreven actie vormen ze de ideale basisingrediënten voor een B-film, maar dan wel eentje met een budget van 35 miljoen dollar en zichzelf te serieus neemt.
Hitman: Agent 47 is anderhalf uur actie, waarbij niet alleen de lijken maar ook de clichés zich opstapelen. Zelfs voor sporadische bioscoopbezoekers gaan er dertien van in een dozijn, terwijl er voor de Hitman-puristen te weinig raakvlakken met de games zijn. De film heeft hiermee te weinig houvast om een revolutie of zelfs maar een geringe positieve omwenteling binnen de gameverfilmingen te ontketenen. Er wordt in Hitman: Agent 47 herhaaldelijk gehint naar een vervolg, maar Adrian Askarieh kan met betrekking tot deze gameverfilming beter de handdoek in de ring gooien.
Hitman: Agent 47 draait vanaf 3 september in de Nederlandse bioscopen en is vanaf 9 september in de Belgische bioscoopzalen te zien.