In 2016 worstelen we met het hier en nu
Het jaar van Pokémon GO, No Man's Sky en virtual reality.
2016 was een markant jaar. Het was het jaar waarin de zorgwekkende trend van brakke pc-ports onverstoord wordt doorgezet, de Wii U op zijn sterfbed ligt, de PlayStation 4 Pro zijn beloftes (nog) niet nakomt en gamers over het algemeen nog steeds niet voor de Xbox One warmlopen. Kortom, genoeg stof om over te zeiken, zagen en ouwehoeren.
Kijk je liever door een roze bril, dan zijn er gelukkig ook positieve zaken te bespeuren. Met een lading aan goede sims, strategy games en RPG's is pc-gaming nog steeds alive and kicking. Daarnaast ziet de Nintendo Switch het levenslicht, heeft Sony een hele rits aantrekkelijke exclusives aangekondigd en zet Microsoft met Backward Compatibility en Xbox Play Anywhere een charmeoffensief in. Voor de pessimisten onder ons is er dus zeker licht aan het einde van de tunnel.
Tussen die hoogte- en dieptepunten zitten echter enkele mijlpalen verstopt. Als je namelijk op het afgelopen jaar terugblikt, dan komen vooral Pokémon GO, No Man's Sky en virtual reality bovendrijven. En daar loopt een eigenaardige rode draad doorheen. 2016 is namelijk het jaar waarin we vooral met het hier en nu worstelen.
"Ik heb Snorlax gevangen en ben ook weer Gym Leader van de snackbar op de hoek." Zo'n uitspraak verwacht je van je buurjongetje of collega op je werk. Maar niet van je digibete oom die de maanlanding nog live op de televisie heeft gezien. Deze zomer is iedereen - jong en oud, man en vrouw - echter in de ban van Pokémon GO. Overal lopen groepjes mensen over straat, diep verzonken in hun telefoon. Om daar de 27ste Pidgey, Rattata of die okerkleurige lintworm van de dag te vangen. Als je überhaupt verbinding met de labiele servers kunt maken. 'Gotta crash 'em all' is dan ook meer op zijn plaats.
Pokémon GO is simpelweg geen goede game en heeft inmiddels heel wat spelers verloren. Maar laten we niet te cynisch zijn, want de rage brengt ook heel wat positiefs teweeg. Het is het gesprek van de dag bij de koffieautomaten. Hilarische foto's op de meest vreemde plekken circuleren in groepsapps en op social media. En op feestjes zingt iedereen in vol ornaat het themalied mee. Pokémon GO verbindt eventjes in een tijd waar polarisatie over het algemeen toeneemt.
Het is mierzoete nostalgie voor de generatie die eind jaren negentig is opgegroeid. Die heimwee naar vroeger is altijd selectief, want zwarte bladzijden als Dutroux, schoolschietpartijen en de burgeroorlog in Joegoslavië worden instinctief geweerd. Er is alleen plaats voor een op maat gemaakte herbeleving van de tijd waarin je zorgeloos op het schoolplein kaarten met elkaar ruilt. En die nostalgie is aanstekelijk. Het maakt namelijk iedereen die buiten de categorie 'Millennials' valt ontzettend nieuwsgierig. Vroeger was tenslotte alles beter.
Over hype gesproken. Met een indrukwekkend aantal van achttien triljoen (en nog een beetje) planeten te verkennen, is No Man's Sky de natte droom voor iedereen die verkennersbloed door zijn aderen heeft stromen. Hoe memorabel zou het voor de eenzame intergalactische Columbus zijn een andere menselijke speler tegen te komen? Twee verkenners, één planeet. En dat in een belachelijk groot universum. Het is inderdaad te mooi om waar te zijn. Op dag één van de release ontmoeten twee spelers elkaar op een verlaten planeet, maar zien elkaar niet. Tot dusver Sean Murray's suggestieve uitspraken over menselijke ontmoetingen.
Daarmee wordt met een simpel praktijkvoorbeeld al de eerste belofte naar het rijk der fabelen verwezen. Of planeet der fabelen in dit geval. En nog vele 'Molyneux'tjes' zullen volgen. Het is een harde maar wijze les voor de baas van Hello Games. Elk jaar stappen de nodige ontwikkelaars op de hypetrain en denderen ze vol vertrouwen naar de release. Om vervolgens aan hoge snelheid te crashen. The Division en Mafia 3 mogen dit jaar dus van geluk spreken. De Daikatana van 2016 is namelijk No Man's Sky. Of beter gezegd: One Man's Lie.
In tegenstelling tot Pokémon GO's nostalgische trip is No Man's Sky juist onze toevlucht in de toekomst. Weg van Moeder Aarde, weg van het heden en nu. In een ruimteschip stappen, ontelbare planeten bezoeken en nieuwe levensvormen ontdekken. Het is een sprong in het diepe, waarbij het verkennen van het onbekende omarmd wordt. Althans, dat had het moeten zijn. Aan die torenhoge verwachtingen kan simpelweg niet worden voldaan, zeker niet als een overmoedige ontwikkelaar die zelf herhaaldelijk voedt. No Man's Sky was dus gedoemd om tegen te vallen. En Murray? Die zit na de bakken kritiek waarschijnlijk het liefst verstopt in een sterrenstelsel hier ver, ver vandaan.
Dan staat 2016 ook nog in het teken van virtual reality: de hype die uiteindelijk geen hype werd. Dit jaar hebben de Oculus Rift, HTC Vive en PlayStation VR de markt betreden, maar het is opvallend stil. Te stil, misschien.
Gelukkig is het nog veel te vroeg voor een bezoek aan het VR-kerkhof, om daar naast de wijlen Virtual Boy (1995-1996) alvast de schop in de grond te zetten. De pers en early adopters zijn tot nu toe overwegend positief, dus dat biedt perspectief voor de mainstream. Die groep wordt in 2017 ongetwijfeld meer geprikkeld als je VR-ondersteuning krijgt bij het afhouden van ondoden in smalle gangetjes of met 280 kilometer per uur over de Nürburgring scheurt. Resident Evil 7 en Gran Turismo Sport bereiken een groter publiek en dat is hard nodig om virtual reality volgend jaar naar de volgende fase te loodsen.
Afgelopen jaar hebben we dus alvast een voorproefje gekregen van datgene waar we jarenlang al stiekem over dromen. Een bypassoperatie verrichten, maar zonder eerst twaalf jaar een loodzware opleiding te volgen. En dog fights in de ruimte houden, onafhankelijk van hoe snel de technologie zich daadwerkelijk ontwikkelt. De virtuele werkelijkheid in je huiskamer neemt namelijk alle beperkingen van de fysieke wereld weg. De technologie is er, alleen de massale omarming ontbreekt nog. Het is dan ook nog niet 'hét jaar van VR'. Het is eerder het vertrekpunt, waarin fysieke en virtuele werkelijkheid steeds meer samensmelten.
2016 is uiteindelijk het jaar waarin we onze pet achterstevoren zetten en collectief hunkeren naar de goede oude tijd. 2016 is ook het jaar waarin we teleurgesteld van onze ruimtereis terugkeren, omdat ons diepgewortelde verlangen van onbekende werelden verkennen onverzadigbaar is. En 2016 is het jaar waarin we alvast voorzichtig een headset opzetten en de verleiding van de schijnwerkelijkheid steeds meer onweerstaanbaar wordt. Kortom, het is het jaar waarin escapisme in een stroomversnelling zit, en we vooral met het hier en nu worstelen.