Inside review - Meesters van het macabere
Update: Switch review
UPDATE: In de Inside Switch review is het duidelijk dat ontwikkelaar PlayDead een betreurenswaardige concessie heeft moeten maken om het beklemmende Inside op de Switch te krijgen. De graphics zijn namelijk niet zo scherp als op andere platforms. Aangezien de horror-platformer steunt op het vertellen van een visueel verhaal, krijgt het belangrijkste onderdeel van de game hierdoor een fikse klap. De keerzijde van de downgrade is dat de game wel perfect presteert op de Switch, met een vloeiende framerate en strakke controls. Inside blijft daardoor uiterst speelbaar en is nog steeds een macabere game met inventieve puzzels, maar verliest impact op het visuele vlak.
Update geschreven door Sander van Leth.
Originele review: De Denen van Playdead zijn meesters van het macabere. Dat is de conclusie die je moet trekken na het spelen van Limbo en nu ook na het nieuwe Inside. In beide games ben je een eenzaam hoofdpersonage, dat een donkere en dreigende wereld verkent. De studio is zich bewust van de gelijkenissen tussen beide games, maar zet voor Inside harder in op het "bizarre" en "verontrustende". Het resultaat is een fascinerende game die even vaak charmeert als choqueert.
Eerst en vooral grijpt de de stijl van Inside je bij de keel. Weg met het zwart-wit van Limbo: de unieke uitgewassen kleuren en afgemeten art style geven alles een nóg unieker en vooral gedetailleerder uiterlijk. De omgevingen zijn daarbij simpel, maar zitten tegelijk tjokvol details. Zo is het bos waarin de game begint simplistisch getekend, maar vind je er tegelijk roestige, weggegooide koelkasten en plasjes modderig water die het maanlicht weerkaatsen. De overtuigende animaties van je naamloze hoofdpersonage vervolledigen de illusie helemaal. Spring je van te hoog, dan krabbelt je personage al rennend recht. En probeer je de planken van een dichtgetimmerde deuropening los te trekken, dan zie je je hoofdpersonage met alle kracht trekken en sleuren.
De puzzels zijn echter het kloppende hart van Inside. Elke stap die je zet, leidt je dieper in donkere bossen, ijzig stille fabrieken of geruïneerde steden waar allerlei objecten of instrumenten je weg versperren. Je kunt enkel springen en objecten verslepen, maar Playdead blijft tot op het bittere eind nieuwe elementen toevoegen. Daardoor word je steeds opnieuw verrast door slimme puzzels en onverwachte elementen, die je denk- en improvisatievermogen tot het uiterste testen. Voor je het weet, bestuur je tegelijk ook twintig andere personages of verken je diepe wateren met een onderzeeër.
De puzzels vinden de perfecte balans tussen uitdaging en creativiteit. Je moet vaak even nadenken over een oplossing en ook enig experimenteren is aan de orde, maar de oplossing is steeds duidelijk. Dat kon van Limbo niet altijd gezegd worden. Op dat vlak maakt Playdead dan ook een belangrijke stap voorwaarts. De drietal uren die je nodig hebt om de game uit te spelen, worden nooit frustrerend.
Maar dat betekent niet dat Inside een gemakkelijke game is. Je sterft nog steeds met regelmaat van de klok. Misschien doordat je niet snel genoeg reageert wanneer buizen een helling afrollen. Of als je overmoedig een bepaalde sprong probeert en met een doffe knal tientallen meters lager op het beton terechtkomt. Wie weet ben je een trio bloeddorstige honden niet snel genoeg af. Toch is sterven niet frustrerend. Laadtijden zijn miniem en checkpoints talrijk. Daardoor wordt sterven een leerervaring. De manier waarop het hoofdpersonage doorheen het verhaal lijdt, grenst bovendien aan het sadistische. Het versterkt de macabere, verontrustende toon van de game alleen nog maar verder.
Ook Limbo speelde al met het lugubere. Veel van dezelfde thema's maken hun opwachting: eenzaamheid, bloeddorstige tegenstanders en het worstelen met de vrije wil. Maar Inside zoekt veel vaker het extreme op. Varkens met gigantische parasieten, bloeddorstige wezens in troebele wateren en zieke experimenten op mensen vormen maar enkele van de nachtmerries die je tijdens het spelen beleeft.
Ontwikkelaar Playdead maakt er geen geheim van dat de games veel delen, en dat Inside ook ongebruikte ideeën van Limbo gebruikt. Tijdens het te lange middenstuk van de game is het echter moeilijk om een zeker gevoel van déjà vu van je af te schudden. Daar valt de game namelijk bijna helemaal terug op een gezapig puzzeltempo dat té hard aan Limbo doet denken. Zo gebruik je in plaats van Limbo's puzzels met zwaartekracht hier water dat op bijna exact dezelfde manier werkt. De verstikkende en verontrustende atmosfeer blijft weliswaar steeds behouden, maar dat neemt niet weg dat Inside daar op zijn zwakst is.
Het is tijdens de briljante actiemomenten dat de game het verschil maakt met andere puzzelgames, waaronder ook zijn eigen illustere voorganger. Het begin van Inside toont dat het best: koortsige scenario's waarin honden en mannen met zaklampen je achtervolgen en je snel moet improviseren om te ontkomen. En ook het actievolle laatste halfuur laat een diepe indruk na, door briljant gebruik van physics en enkele zeer lugubere scenario's.
Inside is duidelijk de spirituele opvolger van Limbo, en gebruikt dezelfde basisgameplay en thema's om zijn macabere boodschap over te brengen. Het middenstuk lijdt onder een te traag tempo, waardoor alles even in Limbo 1.5 dreigt te verzanden. Maar de game herneemt naar het einde toe een hoger tempo en zet in op actie, waardoor het weer helemaal zijn eigen identiteit vindt. In zijn geheel is Inside is dan ook een geniale puzzelgame die fier op eigen benen kan staan: macaber, ingenieus en bovenal heel erg verontrustend. Het gestoorde wereldbeeld dat Inside je voorschotelt, kruipt onder je huid en laat je niet snel los.
Inside is vanaf nu verkrijgbaar op de pc en Xbox One.