Skip to main content

Mario & Sonic op de Olympische Winterspelen

Hoe is het gesteld met de DS-versie?

Die Obama toch. Nu de wereld al één jaar in een diepe crisis is ondergedompeld, denkt hij de perfecte oplossing te hebben gevonden. Investeer zoveel mogelijk geld in nieuwe projecten, creëer zoveel mogelijk arbeid, laat mensen terug geld uitgeven en de economische kringloop is weer hersteld. De Nobelprijswinnaar van de Vrede heeft echter geen rekening gehouden met het Triffindilemma en hierdoor stijgt de koers van de Amerikaanse dollar ten opzichte van andere valuta zienderogen.

In 1944 werd in het Amerikaanse Bretton Woods een economisch akkoord vastgelegd onder impuls van de vooraanstaande Britse econoom John Kaynes. Hierin werd gestipuleerd dat diverse nationale munten werden gekoppeld aan de Amerikaanse dollar, die op haar beurt werd gekoppeld aan het goud tegen een vaste pariteit. Hiermee werd de goudstandaard ingevoerd, maar het bleek al gauw dat deze standaard op inconsistente wijze werd toegepast. De Verenigde Staten konden namelijk naar eigen believen dollarbiljetten blijven bijdrukken, waardoor het beschikbare geld niet meer representatief was voor de beschikbare goudvoorraad. Hetzelfde verwateringseffect dreigt nu dus te gebeuren met de Amerikaanse dollar die afstevent op een devaluatie.

Belgische regeringsleiders hebben hier geen boodschap aan en pochen liever met traditionele waarden zoals standvastigheid en ontwikkeling. Onze bijdrage voor een betere kennismaatschappij bestaat uit gamers voor te lichten over waanideeën. Neem Tose bijvoorbeeld. Dit is 's wereld grootste ontwikkelingsstudio die geen eigen titels uitgeeft. Meer nog, als de eerste, het beste goedkope cocaïnehoertje tippelt ze over alle straten in gameland en laat ze zich prostitueren in ruil voor keiharde cash. Maar Tose is op haar discretie gesteld en liefdeskindjes van relaties met andere developers worden steevast verzwegen. Resident Evil: Gun Survivor, Super Princess Peach en Dragon Quest Heroes: Rocket Slime zijn slechts enkele van de meer dan duizend titels die Tose in meer dan vijfentwintig jaar heeft ontwikkeld. Ook Mario & Sonic op de Olympische Winterspelen is heimelijk door hen ontwikkeld, ook al prijkt er developed and published by Sega op het startscherm. 't Is maar dat je het weet.

Familiefeestjes hebben een aantal rituelen en één daarvan is de grappige bompa of nonkel (opa of oom voor onze Nederlandse lezers) die als een volleerd lolbroek enkele moppen tapt. Het jammere is dat deze figuren helaas nooit verder komen dan het predikaat would-be moppentapper en wordt er na de zoveelste totaal geflopte mop beleefd gelachen door de andere familieleden. Bij de Eurogamerfamilie hebben we ook zulke exemplaren rondlopen die denken grappig te zijn. "We hebben een cool sportspel voor je" verkondigen ze doodleuk en dan blijkt het om Mario & Sonic op de Olympische Winterspelen te zijn. Maar om oersocialist Louis Tobback te citeren, dit is een contradictie in de termijn. Ten eerste is deze game geen sportspel, maar een partygame verpakt in de vorm van een sportspelletje. Ten tweede zijn de figuurtjes van Mario en Sonic even cool als een sneeuwluipaard in de Sahara.

Waar Mario een gevierd personage is in vele videogames, slijt Sonic tegenwoordig zijn dagen met het verkopen van daklozenkrantjes in Brussel-Noord. De blauwe egel is aan lager wal geraakt, maar is vastbesloten om defintief op het voorplan terug te keren. Aangezien Senegal niet zo'n goede plek is om een come-back te maken, heeft hij een reisje geboekt naar Vancouver. Deze Canadese stad is immers het strijdtoneel van de winterspelen in 2010, zowel in realiteit als in gameland. Samen met enkele collega's uit zijn eigen games neemt hij het in verscheidene winterdisciplines op tegen de collega's van loodgieterij Mario en Co.

België is een groot probleem voor dergelijke games. Nuchtere Belgen hebben namelijk niks met de Olympische Winterspelen te maken. Wij drinken Hoegaarden, eten frieten met stoofvlees en lachen met de capriolen van Tom Boonen wanneer hij weer eens een sportwagen de vangrails heeft ingejaagd. Op een verdwaalde kunsschaatser (Kevin Van de Perre voor de kenners) en een genaturaliseerde Nederlander na, hebben we totaal geen affiniteit met schaatsen, skiën en snowboarden. Misschien dat Seppe Smits en Bobslee Bieke hier iets aan kunnen veranderen, maar een plotse sportcultuurverandering is weinig waarschijnlijk. De populariteit en mondialiteit van de zomerspelen spreekt toch meer tot de verbeelding van gamers dan deze tegenhanger in de winter. Dit is een nadeel waaraan het spel zelf niks kan doen, maar is het enkel en alleen slachtoffer van het concept?

Klein kan je Mario & Sonic op de Olympische Winterspelen alvast niet noemen, want het spel telt meer dan twintig disciplines. Bekende sporten zoals skiën, bobsleeën en ijshockey, maar ook minder bekende sporten zoals skeleton en curling. De kwaliteit van deze spelletjes durft wel eens te variëren, maar het grote merendeel van deze minigames is best te pruimen. Er hangt wel veel af van de besturing. Soms gebeurt de besturing namelijk met de stylus en op andere tijdstippen met de knoppen en richtingstoets. De keuze van besturing laat soms te wensen over. Bij het alpineskiën moet je zoals Alberto Tomba slalommen tussen verscheidene poortjes, maar de besturing met de stylus is veel te omslachtig. Het alpineskieën zou veel beter bestuurbaar zijn geweest met de richtingstoets en knoppen, maar is enkel speelbaar met de stylus. Ook durft de besturing soms inconsequent te zijn. Bobsleeën gebeurt namelijk met de knoppen, maar skeleton (een eenpersoonsvariant van bobsleeën) bestuur je dan weer met de stylus. Vreemd.