OkunoKA review - De aanhouder wint
Sterfgeval.
In de OkunoKA review krijgt Randolf kramp in zijn handen en geeft hij met bloedende vingertoppen zijn oordeel over deze aartsmoeilijke platformer.
Anderhalf uur spelen, duizend keer sterven. Het statistiekenscherm van OkunoKA toont onverbiddelijk hoe vaak je hebt gefaald. Je moet er maar trek in hebben. Toch bleek eerder al uit het succes van titels als Super Meat Boy en Celeste dat er wel degelijk een publiek is voor dit soort bikkelharde platformers. De Italiaanse ontwikkelaar Caracal Games zet OkunoKA in de markt als een masocore-game, specifiek voor gamers die naar zelfkastijding zoeken. Masochisten komen in OkunoKA zeker aan hun trekken, ook al wordt het wiel niet bepaald opnieuw uitgevonden.
In OkunoKA speel je als het blauwe wezentje Ka. Zijn luie leventje wordt opgeschrikt wanneer mechanische wezens op aarde landen en alle zielen stelen. Pech voor Ka, want laten die zielen nu net zijn favoriete snack zijn. Veel tijd wordt er niet aan deze opzet besteed. Na een korte introductie begin je gelijk te spelen en wordt het aantal tussenfilmpjes tot een minimum beperkt. Je merkt snel dat OkunoKA niet los is te zien van zijn grote inspiratiebron, Super Meat Boy. De game volgt vrijwel hetzelfde sjabloon. Dat is niet per se kwalijk, want het blijft een ijzersterke fundering om op voort te bouwen.
Zo wacht aan het einde van ieder level een zieltje op je, zoals Bandage Girl in Super Meat Boy. Wie zichzelf extra wil uitdagen, kan onderweg een verborgen zieltje oppakken. Opnieuw, zoals de bandages in Super Meat Boy. Soms stuit je op een portaal naar een dark world, waar de pittigste uitdagingen verscholen zitten. Eveneens te herkennen uit Super Meat Boy. Een duidelijk patroon dus, wat je ook terugziet in de manier waarop je zonder laadtijden direct opnieuw begint zodra je sterft. Het concept heeft zichzelf allang bewezen en doet dat opnieuw in OkunoKA. Je probeert alsmaar opnieuw het level te halen, en voor je het weet vliegt er weer een uur voorbij. De Nintendo Switch is dan ook de console bij uitstek voor deze pick-up-and-try-again-gameplay.
Wat daaraan bijdraagt, is dat geleidelijk telkens nieuwe obstakels worden geïntroduceerd, steeds een stapje moeilijker. Als Ka kun je gekleurde platformen laten verdwijnen en weer tevoorschijn toveren. Eerst slechts één kleur om te wennen, maar mettertijd heb je drie soorten om met elkaar af te wisselen. Dikwijls hangen levels niet alleen van je vingervlugheid af, maar is het een hele puzzel om op deze manier de juiste weg voor jezelf vrij te maken. Dit terwijl je ondertussen ook de nodige stekels en laserstralen dient te ontwijken. En dan sta je ineens in een lavawereld, waar je de grond maar kort mag aanraken. OkunoKA houdt je op deze manier steeds scherp en valt niet snel in herhaling.
Binnen een wereld ben je vrij om zelf te bepalen in welke volgorde je de levels speelt. Dat is prettig, want zo hoef je nooit te lang tegen dezelfde muur aan te botsen. Een ander level proberen dan hetgene waar je niet doorkomt, doet wonderen voor je doorzettingsvermogen. Dat neemt weliswaar neemt niet weg dat je uiteindelijk altijd voor het blok komt te staan, want alle levels moeten uitgespeeld zijn voor je de eindbaas van een wereld kunt bevechten. Deze dienen als examen op alles wat je tot dusver leerde, en ook hier is veel variatie te vinden. De ene keer lok je een robotzwijn zijn eigen val in, de andere keer race je naar de top van een toren met een enorme mechanische duizendpoot op je hielen.
OkunoKA onderscheidt zich vooral op grafisch vlak. Kleurrijk, cartoony en een tikje steampunk. Deze artsyle is alleen niet helemaal een schot in de roos. Soms oogt het nogal rommelig en daardoor raak je Ka wel eens uit het oog. Probeer dan maar eens je sprong juist te landen, wat overigens vaak millimeterwerk is. Ook is de game niet helemaal vrij van bugs. Soms blijf je achter obstakels steken, word je geraakt door iets waarvan je zou zweren dat je het had ontweken, of wordt de voortgang niet goed opgeslagen zodat een level opnieuw moet. Dit laatste overkwam ondergetekende maar één keer, maar voor dergelijk pittige games als deze zijn dat soort foutjes dooddoeners. Sterven hoort je eigen schuld te zijn, anders is frustratie het enige wat overblijft.
OkunoKA kleurt netjes binnen de lijntjes van het subgenre bikkelharde platformers. Door de inspiratie te zoeken bij reeds gevestigde namen en daar licht een eigen draai aan te geven, wordt de doelgroep op zijn wenken bediend. Het betekent ook dat OkunoKA wat een eigen smoel mist, waardoor het meer een tussendoortje is dan een nieuwe ster aan het firmament. Nadat je de game weglegt ben je 'm gauw weer vergeten, maar tijdens het spelen ben je maar op één ding gefocust. Niet. Nog een keer. Sterven. Dit keer moet het toch lukken!
Voor deze OkunoKA review speelde Randolf op een Nintendo Switch. Volgend jaar komt de game ook uit voor de pc, PlayStation 4 en Xbox One.