Paper Mario: Color Splash review - Spetter pieter laat maar
Spetter pieter laat maar.
Regisseur Risa Tabata kijkt alvast met een schuin oog naar de lancering van de NX, wanneer ze over de toekomst van Paper Mario spreekt. De unieke functies van de nieuwe hardware zijn het belangrijkste waarop ze wil focussen. Een vraagstuk waar menig ontwikkelaar de afgelopen jaren ook al op de Wii U mee worstelde. Te vaak werd er met de GamePad niets bijzonders gedaan. Met de NX aan de horizon omarmt Paper Mario: Color Splash de speciale controller wel degelijk, ook al verhult dat de onderliggende problemen van de game niet.
In Color Splash staat kliederen met verf centraal. Grote delen van Prism Island missen hun kleur, omdat de zes Big Paint Stars zijn gestolen. Door de magische verfpot Huey kan Mario's hamer de lege plekken weer inkleuren. Veel puzzels draaien daar dan ook om. Op die momenten is Color Splash op zijn best. Prism Island is de drijvende kracht van de game door zijn gevarieerde levels, creatieve uitdagingen en kleurrijke personages.
Zo help je een inwoner van het eiland op weg met zijn (gedoemde) zeilreisje, vecht je mee in een colosseum en speel je steen-papier-schaar tegen de Rock-Paper-Wizard. Je vindt een Toad onder een kartonnen doos tijdens een infiltratie van een vijandelijke basis, doet mee aan een tv-quiz en lost het mysterie van een spookachtig hotel op. Zo heeft ieder level iets unieks te bieden, wat de voornaamste reden is om te blijven spelen.
Het script zit vol humor, zoals je inmiddels van Paper Mario gewend bent. Door de bizarre situaties die op gortdroge wijze worden gebracht, schiet je dikwijls hardop in de lach. Zo stuit je op Shy Guys die in een verlaten steegje met een rietje de kleur uit een Toad zuigen, alsof het een drugsdealer is. Of vind je een hoopje as van een papieren vijand die na het eten van een spicy hamburger in de fik is gevlogen Er is altijd ruimte voor een woordspeling (oh scrap!) en de vierde wand wordt constant doorbroken.
Als puzzelavontuur komt Color Splash zodoende goed uit de verf, maar hetzelfde geldt niet voor de turn-based gevechten. Waar je in Sticker Star van stickers afhankelijk was om aan te vallen, ben je dat hier van kaarten. Strategie uit zich in het kiezen van de juiste kaart voor de juiste vijand. Op een stekelige tegenstander kun je geen spring-kaart inzetten, dus moet je een hamer-kaart gebruiken. Een interessant gegeven, ware het niet dat de diepgang daar ook wel zo'n beetje ophoudt. Dat zijn belangrijke problemen, aangezien de gevechten een groot deel van de game vormen.
Op de GamePad selecteer je de kaarten, om ze vervolgens naar je tv te slingeren. Je tikt kleurloze kaarten aan om ze te verven en sterker te maken. Daarna volgt telkens dezelfde quicktime event, om vaker te springen of om harder te slaan. Hetzelfde proces doorloop je voor iedere aanval, waardoor de gevechten al snel langdradig worden.
Net zoals in Sticker Star word je nauwelijks voor je moeite beloond. Je kunt dit keer voor een groter verfreservoir sparen, maar de kans dat dat überhaupt leeg raakt, is erg klein. Je hebt verf nodig om puzzels in de omgeving op te lossen, maar je kunt je voorraad verf op veel manieren aanvullen. Gevechten blijken in Color Splash dan ook weer het zwakste gameplay-onderdeel, waardoor je ze het liefst zoveel mogelijk uit de weg gaat.
Het tweede scherm van de GamePad wordt ook gebruikt om delen van de papieren levels op gezette tijden los te knippen, om zo nieuwe paden te ontdekken. De Things uit Sticker Star keren daarvoor terug. Die unieke kaarten van 3D-objecten plaats je op de uitgeknipte plekken. Zo trek je een Toad uit een buis met een ontstopper-kaart, loods je een piratenschip door de mist met een kompas-kaart en lok je een Bow-Wow met een kaart van een bot.
Waar je precies kunt knippen, is echter vaak onduidelijk, waardoor je regelmatig alleen door frustrerende trial and error verder komt. Te meer als ook nog eens de juiste kaart in je inventaris ontbreekt. Vaak weet je niet wat de game van je wil, en de NPC's die tips geven blijken in die gevallen ook weinig nut te hebben. Hoe vaker je op een dergelijke manier vast komt te zitten, hoe moedelozer je ervan wordt. Zet je een unieke kaart op het verkeerde moment in, dan ben je 'm gewoon kwijt. Je kunt 'm voor veel geld terug kopen, maar je bent eerder geneigd de game maar opnieuw op te starten.
Momenten waarbij je geacht wordt specifieke kaarten in te zetten die je al dan niet bij je hebt, stapelen zich naarmate de game vordert telkens verder op. Ook tijdens de gevechten. Zo zijn metalen Shy Guys alleen met kaarten van ijzeren voorwerpen te verslaan. Heb je die niet meer, dan volgt snel een Game Over-scherm. Omdat je van tevoren niet weet welke vijanden je tegenover je krijgt, is het telkens weer bidden dat je genoeg van de juiste kaarten in je bezit hebt. Ook in Sticker Star liep je daar veel tegenaan, en hier is het net zo irritant.
Mettertijd bouw je met Paper Mario: Color Splash dezelfde haat-liefdeverhouding op als destijds met Sticker Star. Je wilt graag verder spelen omdat er in de charmante spelwereld zoveel diverse en grappige levels te ontdekken zijn, maar legt de game ook herhaaldelijk weg omdat je weer eens op een oneerlijke manier vast komt te zitten of het loodje legt. Je geduld wordt meermaals danig op de proef gesteld, en het is wachten op de druppel die de emmer doet overlopen... en je uiteindelijk simpelweg niet meer naar Prism Island terugkeert.
Paper Mario: Color Splash is vanaf 7 oktober verkrijgbaar voor de Wii U.