Risen
Net geen misser.
Hoewel PB de licentie ontnomen is, is de engine nog precies dezelfde. De wandelanimatie dezelfde, de tekst die over voorwerpen zweeft lijkt hetzelfde lettertype, enzoverder. De bugs en twijfelachtige performance van Gothic 3 zijn wel uitgestreken. Er zijn geen laadtijden, en het ‘stotteren’ terwijl het verre landschap inlaadt is helemaal weg. Zelfs zonder de juiste hardware is het een kleurrijk en mooi ontworpen game. De gezichtsanimatie maakt van de NPC’s nog altijd geconstipeerde Lego-ventjes en de animatie in het algemeen heeft zijn Play Doh kwaliteiten, maar zelfs dat is een verbetering op Gothic 3. De nieuwe protagonist is zelfs sexy, begot. In games met een third person camera is elke protagonist een reet die de wereld redt, en Risen moet zich niet schamen.
Het spel is verdeeld in hoofdstukken, waarvan je het eerste zal doorbrengen als zwak lammetje, met weglopen van de meeste vijanden, de verschillende groepen leren kennen en ervaring en uitrusting verzamelen voor het serieuze spel na de meer freeform opener begint. Aan jou de keuze bij welke groep je eindigt, maar dit eerste hoofdstuk is voor iedereen hetzelfde. Opgelet: een vrije speler kan gearresteerd en zodoende ingelijfd worden door de Inquisitie. Wil je een bandiet spelen, ontwijk hen, want het is sneller gebeurd dan je denkt. Eens je bij een groep aansluit begint de main quest serieus.
De wereld is open, maar dat wil niet te zeggen dat je bewegingsvrijheid niet beknot wordt door hoge kliffen, dichte gewassen en andere variaties op de onzichtbare muur. Bergketens en ravijnen leiden je langs vooraf uitgedachte paden. Spring je in zee, dan spoel je terug aan. De onzichtbare muren doen er goed aan abstract te zijn, deel van de geografie, en doordat alles met de hand ontworpen is heb je nooit het gevoel ingeperkt te worden. Een dozijn health potions indoen, het zwaard omgespen, je reserves meegeven aan de roekeloze wind en de wildernis intrekken is spannend, opwindend, en helemaal de bedoeling.
De wereld is kleiner dan die van andere moderne, open RPG’s. Dat ‘met de hand ontworpen’ blijkt belangrijk. Kwaliteit over kwantiteit, gaat het. Elk zandweggetje leidt wel naar een interessant plekje; strategisch geplaatste vista’s en uitkijkpunten gooien zich constant op, een bloedspoor volgen leid naar een grot vol monsters.
Dit is een review van de PC-versie. We horen uit betrouwbare bron dat het met de Xbox 360 versie slechter gesteld is: grafisch is het spel ondermaats, de controls zijn loom. Op de PC is het ook niet allemaal smiles and sunshine. Heb je een Nvidia GeForce 6 of 7-reeks, dan maakt een grafische bug het spel haast onspeelbaar. Een fix is op weg, maar of die van Nvidia of Piranha Bytes moet komen is nog onduidelijk. Risen werd ontwikkeld voor de PC, en de X360-versie is een haastige port zoals we die normaal gesproken op PC vaker zien opduiken. Als je het dus over Risen voor de Xbox 360 hebt, dok dan gerust drie godganse punten van onze score af. Op de console van Microsoft is Risen net speelbaar, maar niet genietbaar.
Met Risen hadden we al een ruwe diamant verwacht. Dat is het ook geworden. Hoe ingewikkelder het landschap, hoe makkelijker je weer eens door de wereld valt. Springen is bijna opzettelijk onhandig: druk op de spring-knop en de Castaway maakt een logaritmisch perfecte curve in de lucht, of je nu stil stond of een aanloop nam. En weet je wat: geen probleem. Het is geen probleem. Zoals bij alle ruwe diamanten hangt het er maar vanaf wie aan het ding wil gaan slijpen, en genieten van Risen is weer een kwestie van de diepe, uitdagende RPG die onder de technische probleempjes zit eruit te pesten. Alleen dat Risen niet zonder voorgangers is, en we na drie pogingen iets gepolijster verwachten.