Shovel Knight: Treasure Trove review - Schepje erbovenop
Schepje erbovenop.
Shovel Knight ziet eruit als een NES-game en speelt als een NES-game, maar is lang niet zo moeilijk als een NES-game. Het is een bewuste en verstandige keuze van Yacht Club Games. De ontwikkelaar zoekt voortdurend naar een eerlijke balans in de moeilijkheidsgraad en reikt op die manier zowel puristen als meer onervaren spelers de hand. Treasure Trove biedt naast de hoofdgame toegang tot de uitbreiding Plague of Shadows en de nieuwe prequel Specter of Torment, die beide een eigen draai aan het beproefde concept geven.
Shovel Knight speelt vooral leentjebuur bij Mega Man en DuckTales. In je tocht om de kwaadaardige Enchantress onder de duim te krijgen, versla je eerst de acht Knights van de Order of No Quarter. Je bepaalt grotendeels zelf in welke volgorde je ze aanpakt, waarbij je eerst nog het level moet overwinnen. Vergelijkbaar dus met de Mega Man-games. Je schop is daarbij je belangrijkste wapen. Als een volleerde Dagobert Duck zet je die in als springstok om hoger te springen en vijanden te verslaan.
Ieder level zit stampvol geheime doorgangen en alternatieve paden, net zoals de NES-games van weleer. Het loont om ze allemaal te ontdekken, want daardoor vind je meer goud en juwelen om later upgrades, nieuwe wapens en vaardigheden mee te kopen. Het vrijspelen van dat arsenaal werkt verslavend en zorgt er ook voor dat je de levels op allerlei verschillende manieren kunt aanpakken. Zo is de Throwing Anchor goed tegen vliegende vijanden, terwijl de Chaos Sphere-stuiterbal beter op de grond tot zijn recht komt.
Shovel Knight is minder pittig dan zijn inspiratiebronnen, wat vooral aan het checkpoint-systeem te danken is. Ieder level kent meerdere checkpoints, vanwaar je opnieuw mag proberen zodra je sterft. Omdat je niet telkens het hele level opnieuw hoeft te doen, blijf je gemotiveerd om bepaalde lastige stukken telkens opnieuw te proberen. Wil je die extra uitdaging wel, dan sla je de checkpoints gewoon kapot. Met wat extra goud als bijkomend voordeel. Die slimme designkeuze maakt de game even toegankelijk als uitdagend: je bepaalt zelf waar je meer trek in hebt.
Dat betekent niet dat de game een peulenschil is. In het spookachtige Licht Yard is het soms zo donker dat je alleen iets ziet wanneer de bliksem inslaat, zodat je sprongen extra goed moet timen. In het onderwaterlevel Iron Whale word je door een enge hengelvis achternagezeten, die projectielen op je afvuurt terwijl je van het ene kleine platformpje naar het andere springt. Zo raak je in ieder level in allerlei veelzijdige en gevaarlijke situaties terecht, die je platform-skills telkens op nieuwe manieren op de proef stellen.
Shovel Knight is tegenwoordig ook met twee spelers te doorlopen. Eerder kon dat alleen op de Wii U door de Shovel Knight-amiibo te scannen, maar dat is nu niet meer nodig. Op de Nintendo Switch moet je er gewoon de twee Joy-Cons bij nemen. Toch merk je dat de multiplayer een nakomertje is, dat al bij al weinig toevoegt. De levels zijn nu eenmaal niet gebouwd voor twee spelers, waardoor je elkaar constant de dood injaagt. Dat is in het begin grappig, maar wordt snel vervelend. Je bent in je eentje beter af.
Wil je het jezelf nog lastiger maken, dan kom je uit bij de Plague of Shadows-uitbreiding. Je speelt daarin grotendeels dezelfde levels van de hoofdgame, maar dan met een hele andere speelstijl als de Plague Knight. Je gebruikt zijn bommen niet alleen als wapen, maar ook om jezelf tijdens een sprong een boost te geven. Je hebt daarbij echter weinig controle over de snelheid en de richting waarin Plague Knight zichzelf lanceert, met als frustrerend gevolg dat een sterfgeval lang niet altijd je eigen schuld is.
Zelfs met de checkpoints ontpopt Plague of Shadows zich dan ook tot een hard mode voor Shovel Knight. Wat de uitbreiding daarbij op de been houdt, is de constante stroom aan upgrades die je nieuwe en strategische aanvalsmogelijkheden geven. Zo is het soms slimmer om bommen te werpen die er langer over doen om te exploderen, of kies je voor explosieven die je in een boog werpt in plaats van recht omlaag. Ook het verhaal houdt je bij de les en blijft je er op grappige manieren op wijzen dat je eigenlijk een krankzinnige slechterik bent.
Je krijgt de controle weer terug zodra je in Specter of Torment met Specter Knight aan de slag gaat. Daarin speel je remixes van bekende levels, waarin grote delen helemaal nieuw zijn en alle bazen nieuwe aanvalspatronen hebben. Dit keer is je wapen een zeis, waarmee je jezelf ook omhoog trekt. Daarnaast ren je tegen muren omhoog en maak je wall jumps. Als de Specter Knight sla je jezelf dan ook als een ware ninja door de levels heen. Na de zweverige controls van Plague of Shadows is dat een verademing en leunt de moeilijkheidsgraad van deze campaign dichter tegen die van het originele Shovel Knight aan.
Toch neigt Specter of Torment na verloop van tijd naar de gemakkelijke kant. Je krijgt al snel toegang tot items waarmee je jezelf regelmatig heelt, de tijd vertraagt of waarmee je dodelijke stekels gewoon overleeft. Ter compensatie liggen de checkpoints verder uit elkaar, maar de balans blijft scheef. De upgrades zorgen er wel voor dat je je een ware moordmachine voelt, en daarin schuilt dan weer de kracht van deze campaign.
Als totaalpakket toont Shovel Knight: Treasure Trove vooral hoe lastig het is om de moeilijkheidsgraad van een platformgame als deze te balanceren. De originele game slaagt daar nog altijd met verve in, terwijl Plague of Shadows alleen voor die-hards interessant is en Specter of Torment juist iets te makkelijk is. Dat neemt niet weg dat alle drie de campaigns hun eigen kwaliteiten bezitten en je ieder op hun eigen manier in de greep houden. Met de charmes van toen en de gemakken van nu.
Shovel Knight: Treasure Trove is nu te downloaden in de eShop van de Nintendo Switch. Specter of Torment is ook standalone te koop, en is tijdelijk exclusief voor de Switch. Later komt alle content ook naar andere platformen, gratis voor wie Shovel Knight reeds gekocht heeft.