Skip to main content

Warcraft: The Beginning review - Begin van het einde aan slechte gameverfilmingen

Begin van het einde aan slechte gameverfilmingen.

Eurogamer.nl - Aanrader badge
Warcraft: The Beginning is een actievolle ode aan de games, en brengt zijn specifieke stijl succesvol naar het witte doek.

Voor de tijd van Lich Kings, Pandaren en Epic Raiding vechten twee facties voor overheersing. Moon- en Source Code-regisseur Duncan "Zowie Bowie" Jones zet zich schrap om dit verhaal eer aan te doen, en voor verfilmde games te doen wat Marvel voor verfilmde comics heeft gedaan. Daarnaast wil hij ook nieuwe fans aan de wereld van Warcraft voorstellen. Vooral in dat eerste doel slaagt hij.

Het verhaal is een hervertelling van Warcraft: Orcs and Humans, de RTS-game uit 1994. Het is onder andere geschreven door Chris Metzen, die sinds jaar en dag verantwoordelijk is voor de artwork en creatieve begeleiding van de gamereeks. De Warlock Gul'Dan leidt een Warband Orcs door de Dark Portal, om de mensenwereld Azeroth te overheersen. De Mensenkoning Llane krijgt de onmogelijke taak om zijn rijk te verdedigen tegen een buitenaards ras dat van bloedlust en razernij lijkt te leven. De oorlog fungeert als achtergrond, en je vangt slechts af en toe een glimp van de invasie op. De film richt zich meer op wat er in beide kampen achter de schermen gebeurt, en hoe de sleutelfiguren van beide facties hun deel in het stoppen van de oorlog hebben. De film neemt weinig adempauzes terwijl die je door een twee uur durende achtbaan meesleurt, zonder dat je tijd hebt om achterom te kijken.

Bekijk op YouTube

Doordat de film zo snel gaat, zijn er maar weinig personages die echt uitgediept worden. Met name de mensen zijn archetypes met de persoonlijkheidstrekjes die daarbij horen. De daadkrachtige koning, de dappere soldaat, de welwillende maar onervaren magiër: ze komen allemaal voorbij. Dat komt het gevoel van druk wel ten goede. Er staat een gigantische oorlogsmacht op de stoep. Er is geen tijd voor drama en interne monologen, want er is werk aan de winkel. Er wordt alleen aandacht gegeven aan wat belangrijk is in het plot en de film remt daardoor zelfs in de rustigere stukken nauwelijks af. De regisseur heeft laten weten dat er aan zo'n veertig minuten is geknipt, maar de naden hiervan zijn niet te zien. De fans van de Warcraft-lore kunnen met hun kennis van het verhaal de rest invullen, zonder dat ze tegen grote inconsistenties aanlopen.

De film gaat voor volledige nieuwelingen echter net te snel. Als je je niet overgeeft aan slechts dat wat de film je vertelt, dan raak je door alles wat hij impliciet probeert te zeggen overrompeld. Er zitten Draenei in de film, maar daar wordt geen woord aan vuil gemaakt. De motivaties van een van de antagonisten blijft onduidelijk, puur omdat "ik me er niets meer van kan herinneren". Hierdoor is de film iets teveel voor de fans alleen, wat Jones net wilde voorkomen. De open vragen zijn duidelijk aanleidingen naar vervolgfilms, en juist daarom is het zo belangrijk dat de eerste indruk meteen waterdicht is. In plaats daarvan lekt de emmer.

Travis Fimmel (Lothar), Dominic Cooper (Koning Llane) en Paula Patton (Garona) zetten geloofwaardige maar rechtlijnige karakters neer, en naast een plotselinge romance is er weinig diepgang om je tanden in te zetten. Door de assistentie van de CG zetten Toby Kebbell (Durotan), Robert Kazinsky (Orgim) en Daniel Wu (Gul'Dan) expressieve, imposante en vooral geloofwaardige Orcs neer. Het acteerwerk is prima, maar doordat de acteurs geen ruimte krijgen om meer in hun personages te steken, verdwijnt dat naar de achtergrond. Maar eenieders rol is wel consistent en past bij elkaar als schaakstukken op een bord: elk stuk heeft één rol, maar samen vormen ze een geheel.

Visueel zit de film geweldig in elkaar en Warcrafts specifieke stijl is perfect naar het witte doek vertaald. De Orcs zijn onmiskenbaar dezelfde als uit de games, de steden zijn onmiddellijk herkenbaar en zodra de mensen hun pantser aantrekken is het plaatje compleet. Vooral de krachtige en dramatisch aanvoelende magie verdient een pluim. De gevechten zijn bloederig en hebben een zekere impact die vaak in grote CGI-producties ontbreekt. Er zijn momenten dat de mensen sterk afsteken tegen een volledig met de computer gegenereerde achtergrond, maar al met al leidt dat niet van het totaalplaatje af. Het uiterlijk van de film komt duidelijk uit het hart van iemand die de serie kent, en niet vanuit Hollywoods visie van Orcs en magiërs. Warcraft behoudt zijn identiteit.

Die identiteit wordt in alle kleine details extra benadrukt. Een Murloc die er vrolijk op los gorgelt, het uiterlijk van de aan magie verslaafde High Elves, de layout van de taverne in Goldshire, alles klopt simpelweg. Tegelijkertijd wordt de verleiding weerstaan om de film vol te proppen met elementen die er niet thuis horen. Immers speelt deze film zich voor World of Warcraft af, dus is er geen plek voor Mechanohogs, Tauren en Gnomes. De setting van de film smelt daarom prima met het verhaal samen, en het is duidelijk dat hart van de film op de goede plek zit.

Warcraft slaagt uiteindelijk in het vertellen van een verhaal dat niet aan langdradige expositie gebonden is. Hierdoor neemt de film de fans van de games een stuk serieuzer en trakteert hij hen op een van de best gerealiseerde gameverfilmingen van dit moment. Nieuwkomers missen echter de expositie en zien daardoor door de bomen het bos niet meer, maar kunnen - mits ze bereid zijn meegevoerd te worden - uiteindelijk nog van een fantasievolle actiefilm genieten. Duncan Jones weet overduidelijk waar hij het over heeft, en zijn revisies aan het script doen zowel de Alliance als de Horde eer aan. Een vervolgfilm waar de losse eindjes meer expositie krijgen is meer dan welkom, maar tot die tijd is Warcraft op zichzelf staand een actievol feest met een unieke identiteit in de filmwereld.

Warcraft: The Beginning draait nu in de bioscoop.

Lees ook dit