Skip to main content

Batman: Arkham City Review

In het land der psychopaten is vleermuis koning.

Naast de vliegende rat hebben we ook nog de wulpse kat - tenminste, als je de game niet tweedehands gekocht hebt. Mensen die een afdankertje in huis halen zullen hiervoor een extra tien euro moeten neerleggen. Het Catwoman personage speelt in grove lijnen hetzelfde als ons aller vleermuisman. In de gewone mêlée gevechten zijn de verschillen nihil - al ziet het er allemaal een stuk eleganter uit. Buiten haar zweep - die vooral Batmans enterhaak moet vervangen - zijn de gadgets toch ietsje anders. Zo kan ze bolas werpen en kraaienpoten achterlaten. Ook de Detective Mode maakt plaats voor de Thief Mode, wat in essentie hetzelfde is, zij het met een rode filter in plaats van een blauwe. Wel leuk is dat ze op het plafond kan rondkruipen, wat jammer genoeg niet wegneemt dat ze niet kan zweven. Ook al heeft een kat negen levens, het heeft nog steeds geen vleugels.

Verder dient het Catwoman personage vooral om een vrouwelijke tegenspeelster te hebben voor Batman en om het mannelijke (en vrouwelijk homoseksuele?) publiek van wat fanservice te voorzien. Zeg nu zelf: ze heeft een zandloperfiguurtje, draagt een strak kostuum uit één stuk, alwaar vooraan een ritssluiting zit van nek tot kruis, dat bovendien continu halverwege haar boezem openstaat! Enerzijds behoudt ze haar klassiek flirtueus gedrag en anderzijds vertoont ze ook symptomen van een conditionele heldin. Wat ik daarmee bedoel? Ze is een zelfstandige, vrijgevochten vrouw, maar als het er op aan komt, is het aan de (donkere) ridder om haar welgevormde kont uit de nood te helpen. Ietwat cliché en niet echt vrouw-emancipatief - aan de andere kant, in de strips is het zelden anders...

Al bij al is Catwoman een leuke extra - want uiteindelijk is het enkel dat, een bonus. Als volwaardig tweede personage schiet haar schermtijd tekort (haar speelduur is beperkt tot vier episodes) en heeft ze slechts één categorie om haar kwaliteiten aan te sterken.

Zoals een wijs man ooit zei: "De held is slechts zo goed als zijn vijanden." Meer waarheidsgetrouwe woorden werden nimmer uitgesproken. Ook bij Batman is dit zeker het geval. Het Batman personage is al meer dan zeventig jaar oud en in die tijd heeft de beste man natuurlijk al een heel plethora aan aartsvijanden vergaard. Het is niet alleen verbazingwekkend om te zien hoeveel criminelen de revue passeren, maar ook hoe accuraat ze vormgegeven zijn. Van grote klassiekers als Penguin, Joker en Two Face, tot cult-favorieten als Solomon Grundy en Clayface.

Om te beginnen is het stemmenwerk eenvoudigweg briljant. Nee, we krijgen geen Christain Bale als Batman, maar wel Mark Hammil (ook bekend als Luke Skywalker!) die wederom de legendarische Joker van een stel stembanden voorziet. Het werk van de man kennen we reeds uit Arkham City én zowat alle geanimeerde reeksen. Als we verder kijken, gaat de kwaliteit er zeker niet op achteruit. De Penguin draagt dat typisch hautaine toontje met zich mee, Two-Face gaat de schizofrenie van Gollum achterna en Catwoman is één en al valse wulpsheid.

Het stemmenwerk is natuurlijk slechts zo goed als de manier waarop ze gebruikt wordt. Geen nood, ook de dialogen mogen er zijn. Het bewijs? Eenmaal je een groep nozems weigert aan te vallen totdat ze hun theorieën rond de biseksualiteit van Catwoman geuit hebben, dan weet je gewoon dat het goed zit. Of het nu Harley Quinn is die een (niet zo) subtiele insinuatie plaatst jegens de Jokers masturbatiegewoontes of een stuk tuig dat speculeert over het feit dat Harley ooit een vent was - de pret kan niet op.

Het enige wat ik de psychopathische oplijsting kan kwalijk nemen, is dat de eindbazen niet echt uitdagend zijn.

Het design van Catwoman is waarschijnlijk de reden dat de game 16+ is.

Ook visueel is Arkham City opmerkelijk. Hoewel ik de Batman films van Christopher Nolan zeer vermakelijk vond, was ik niet zo opgezet met de manier waarop hij de stad Gotham weergaf. De stad noemt "Goth"-am voor een reden meneer Nolan! In Arkham City werd duidelijk een kleine beetje meer naar de duistere Tim Burton versie gekeken. Het is ver van hetzelfde, maar er is een zekere balans aanwezig tussen de visie van Burton en Nolan. De art deco van het lokale museum en de gotische stijl van de aanwezige kerk zijn nog zeer kenbaar onder de lading graffiti en uitgebrande voertuigen die Arkham City rijk is.

Voor mensen die de sfeer willen linken aan een periode in de Batman comics: denk aan "No Man's Land". Arkham City is eigenlijk gewoon Arkham Asylum dat uit zijn voegen is gebarsten. De straten liggen er vervuild bij, er lopen bendes rond en - het epitoom van een gevallen gemeenschap - er staan ijzeren tonnen in de fik.

Misschien een onnozele vergelijking, maar de wissel in algemene levelstrusctuur doet me vooral denken aan de overgang tussen de eerste twee Sly Raccoon games. Het lineaire schrappen en enkel nog laten bovendrijven bij het aaneenrijgen van de verhaalmissies, terwijl je een volledige stad tot je beschikking hebt. Dit biedt meer variatie in de missies, geeft een gevoel van openheid én laat je toe om een situatie uit om het even welke hoek te benaderen.