Medal of Honor
Een medaille wegens bewezen diensten?
Dames en heren, welkom bij de review van Medal of Honor! In deze recensie gaan we jullie een antwoord verschaffen op prangende vragen als 'Waarom heet het spel simpelweg Medal of Honor terwijl er al een gelijknamig spel verschenen is?', 'Is de baard van producer Greg Goodrich even lang als die van het bebaard personage uit het spel?', 'Hoe doet de FPS het in vergelijking met Modern Warfare 2?' en 'Waarom hebben jullie in godsnaam zoveel aandacht besteed aan de Taliban in het spel? Wij willen info over de inhoud verdorie!'. Beginnen doen we met 'Waarom beginnen jullie deze review op zo'n bizarre manier met allerlei vragen?'.
Wel, het antwoord is simpel: we wouden eens origineel uit de hoek komen, eens een artikel verfrissender openen dan de 13 in een dozijn andere reviews die je al over Medal of Honor bent tegengekomen. En dat brengt ons meteen bij het kernidee achter het spel; een reboot van de reeks die in veel opzichten uitblinkt maar er niet in slaagt om origineel uit de hoek te komen. Eigenlijk is het hele moderne oorlogsvoering-concept simpelweg overgenomen van de nieuwe weg die concurrenten Battlefield en Call of Duty een tijdje geleden zijn ingeslagen, maar gelukkig heeft deze game er toch nog een originele draai aan weten te geven, met name het feit dat het spel zich in de oorlog van Afghanistan afspeelt.
En dat gegeven is gelukkig echt wel goed uitgewerkt. Vanaf dat je aan de eerste missie begint, word je meteen ondergedompeld in een authentiek en hedendaags Oosters sfeertje. Zeg nu zelf, in welke andere FPS versperren een kudde dwerggeiten de weg van je legerjeep? Grafisch gezien valt het spel best te pruimen. Vooral de PC-versie ziet er op de hoogste settings bijzonder realistisch uit. Als je je bijvoorbeeld in de danger close-zone bevindt terwijl er een bom wordt gedropt, ben je echt even alle gevoel voor richting kwijt terwijl de dynamische rook om je heen zwalpt en slechts enkele zonnestraaltjes er met moeite door weten te schijnen. Bovendien zitten er enkele knappe panorama's in het spel, en benadert het feit dat je weinig ziet wanneer zon op sneeuw schijnt de realiteit. Helaas wordt het hele sprookje al snel om zeep geholpen door de dreiging van de Taliban.
De omgevingen bestaan uit besneeuwde bergen, pittoreske dorpjes die zich daarop bevinden en grotten waar allerhande terroristisch gespuis zich schuil houdt. Naar het einde van het spel toe hadden we helaas het gevoel dat er wel wat meer variatie in de setting had mogen zitten, ondanks de nachtelijke levels die dat negatief puntje toch een beetje weten te verzwakken. Modern Warfare 2 wist wat dat betreft toch iets hogere punten te scoren (jawel, en het is niet de laatste keer dat we de vergelijking met die reeks zullen maken, we kunnen er nu éénmaal moeilijk omheen).
In de single player staat de zin 'kort maar krachtig' bijzonder centraal. 'Krachtig' kunnen we in dit geval ontleden in scripted events, intensiteit, variatie en... lineairiteit. Het spel staat bol van de voorgeprogrammeerde gebeurtenissen zoals explosies en vijanden die uit het niets tevoorschijn springen. Zaken die stuk voor stuk bijdragen tot de totaalervaring, en wat dat betreft hebben de makers wel heel goed gekeken naar Modern Warfare. Het helpt ook om het spel intenser te maken, zeker aangezien er naast de traditionele cutscenes die de missies aan elkaar lijmen ook nogal wat filmpjes worden getoond terwijl je in eerstepersoons gezichtsstandpunt blijft.
Bovendien zijn er missies waar de Taliban met honderden tegelijk op je team afstormen, terwijl je als speler elke seconde opnieuw verbaasd opkijkt wanneer je merkt dat je nog in leven bent. Ook het feit dat de single player zich slechts gedurende enkele dagen afspeelt en de opzwepende muziek zorgen ervoor dat je je makkelijker kunt inleven. Maar misschien wel het beste onderdeel van de campagnemodus is de afwisseling, die ervoor zorgt dat het bijna onmogelijk is om je te vervelen tijdens het spelen. In het begin moet het spel nog even op dreef komen, maar eens dat gebeurd is mag je je verwachten aan een wilde achtbaanrit. Het ene moment bevind je je nog tussen het voetvolk om een schuttersnest te bereiken, terwijl je even later van een helling suist met een krachtige quad. Tijd om op adem te komen krijg je niet, want vervolgens dien je plaats te nemen achter een machinegeweer in een helikopter of vuur je van op afstand bestuurbare raketten af om mortieropstellingen om zeep te helpen.
Alsof dat nog niet genoeg is kruip je in de huid van maar liefst vier verschillende soldaten die elk een bepaalde specialiteit hebben. Als Delta Force-eenheid is het de bedoeling om muisstil vijanden neer te snipen terwijl het meestal aan te raden is om gewoon om tegenstanders heen te sluipen, terwijl je als DEVGRU-soldaat voornamelijk instaat voor de bevrijding van gegijzelden. Wanneer je Army Ranger-specialist bent bevind je je middenin de chaotische actie aan de frontlinie, en wat je als bediende van een machinegeweer in een helikopter te doen staat spreekt voor zich. Feit is dat het stuk voor stuk geharde oorlogsmachines zijn, want het gegeven dat ze allemaal oneindig lang kunnen sprinten in het spel spreekt eigenlijk al voor zich.
Toch sta je er quasi nooit alleen voor, want je maakt bijna voortdurend deel uit van een team oorlogshelden. Vooral in het begin houden ze je eerder tegen, aangezien je telkens moet wachten tot ze je volgen, maar later in het spel komen ze zeker van pas. Zo roepen ze vaak waar de vijand zich bevindt door de intercom of maken ze droge opmerkingen om de gemoederen te bedaren. Verder kan je hen steeds om extra kogels vragen wanneer de nood het hoogst is. Er zitten trouwens een heleboel wapens in het spel die stuk voor stuk realistisch aanvoelen en klinken. Ze bevatten allemaal twee vuurmodi, en je kunt er net zoveel tegelijk meedragen. In specifieke snipe-missies zal je bijvoorbeeld rekening moeten houden met de afstand en je adem om een goed schot uit te voeren. De nachtkijker is ook leuk, zeker wanneer de vijand niet over die luxe beschikt in het donker.